Frankrijk en Duitsland steunen het voorstel van de Verenigde Staten om een globale minimumbelasting in te voeren voor ondernemingen die internationaal actief zijn. Dat hebben de ministers van Financiën van beide landen dinsdag gezegd.

‘De mensen zijn het beu dat grote bedrijven niet een gepast deel van de belastingen betalen’, verklaarde de Franse minister Bruno Le Maire aan de krant Die Zeit. ‘Indien die door de VS voorgestelde 21 procent als resultaat uit de onderhandelingen komt, dan gaan wij akkoord’, aldus de Fransman.

Zijn Duitse collega Olaf Scholz verklaarde op zijn beurt ‘persoonlijk niets’ te hebben tegen het Amerikaanse voorstel. De twee ministers zeggen er vertrouwen in te hebben dat het ‘deze zomer’ tot een akkoord zou kunnen komen binnen de Organisatie voor Economische Samenwerking en Ontwikkeling (OESO. Het is de eerste keer dat de twee regeringen hun steun uitspreken voor een dergelijk minimumbelastingtarief.

Fiscale dumping

Er zijn binnen de OESO onderhandelingen aan de gang om te komen tot een systeem van een minimale internationale belastingheffing voor bedrijven en zo een einde te maken aan de fiscale dumping. Dat plan wordt sinds enkele weken gedragen door de VS, die zelf door het verhogen van de vennootschapsbelasting een miljardeninvestering in de infrastructuur van het land willen bekostigen.

Het is vooral de bedoeling om de bijdrage te vergroten van technologiebedrijven, die ervan worden beschuldigd erg weinig belastingen te betalen in verhouding tot hun internationale aanwezigheid. Indien de onderhandelingen binnen de OESO een succesvolle afloop kennen, heeft Frankrijk al te kennen gegeven dat het in de eerste helft van 2022, wanneer het land de Europese Unie voorzit, een Europese richtlijn over de kwestie wil laten goedkeuren.

Ook zouden de Fransen in dat geval de zogenoemde gafa-taks, de belasting voor grote techbedrijven zoals Google, Amazon, Facebook en Apple, ‘intrekken’. Die Franse digitaks zorgde de voorbije jaren al meermaals voor spanningen tussen Parijs en Washington.