Key takeaways
- Horeca Vlaanderen verwerpt het voorgestelde rookverbod op terrassen en pleit voor rookzones.
- 72 procent van de horecaondernemers is tegen de maatregel. Ze vrezen tot 67 procent omzetverlies.
- De sector vraagt dat eigenaars niet verantwoordelijk worden gehouden voor het rookgedrag van klanten, als zij duidelijke signalisatie aanbrengen en geen asbakken voorzien.
Vrijdag kwamen Horeca Vlaanderen, Horeca Wallonië en Horeca Brussel samen met het kabinet van federaal minister Vandenbroucke. Centraal stond de eerste versie van de nieuwe wetgeving die het rookverbod uitbreidt.
Het voorstel wil vanaf 1 januari 2026 roken op terrassen verbieden en rookkamers afschaffen. Vooral cafés en andere zaken met grote buitenterrassen voelen zich geviseerd.
Horeca Vlaanderen had zich eerder al tegen het plan uitgesproken en stelde alternatieven voor, zoals rook- en niet-rookzones op terrassen. Ze vroegen ook om ondernemers de vrijheid te geven om hun eigen rookbeleid te bepalen. Die voorstellen haalden het voorlopig niet, dit werd gemeld in een persbericht.
Strikte regels, weinig speelruimte
Het wetsontwerp bevat drie belangrijke maatregelen: een totaalverbod op roken op terrassen, een rookvrije perimeter van 10 meter rond die terrassen, en de afschaffing van rookruimtes. Zowel uitbaters als klanten zouden verantwoordelijk worden voor het naleven van de regels.
Volgens Matthias De Caluwe, CEO van Horeca Vlaanderen, verduidelijkte het kabinet wel de ontwerptekst, maar ging het niet in op de bezwaren van de sector. Hij benadrukte dat het kabinet vasthoudt aan de geplande invoering op 1 januari 2026. Toch blijft de sector aandringen op bijsturing en een overgangsperiode. “We zoeken draagvlak voor een beleid dat gastvrijheid en keuzevrijheid respecteert”, verklaart De Caluwe in het persbericht.
Onrealistische perimeter en omzetverlies
Een recente bevraging van Horeca Vlaanderen toont dat 72 procent van de ondernemers tegen het rookverbod op terrassen is. 67 procent verwacht bovendien een forse omzetdaling mocht het verbod er komen.
De voorgestelde perimeter van 10 meter stuit op praktische bezwaren. “Waarom mag er dan wel gerookt worden op een openbare bank binnen die perimeter, maar niet op een terras?”, vraagt De Caluwe zich af. Hij vreest dat rokers zich simpelweg iets verder zullen verplaatsen, zonder dat de rook uit het straatbeeld verdwijnt.
Vraag naar juridische duidelijkheid
Horeca Vlaanderen vindt dat de verantwoordelijkheid voor de handhaving van het verbod niet volledig bij de uitbaters mag liggen. “Binnen is er vaak personeel aanwezig, buiten niet altijd. We kunnen geen ‘terrasagent’ spelen”, verklaart De Caluwe.
De sector stelt voor om eigenaars vrij te stellen van aansprakelijkheid als er duidelijke signalisatie is en geen asbakken aanwezig zijn. Dat moet voor rechtszekerheid zorgen tijdens controles.
De drie horecafederaties hopen dat een volgende overleg leidt tot een aangepast voorstel. Ze willen werkbare alternatieven op tafel, die beter aansluiten bij de dagelijkse realiteit van de sector.

