Wie kan de banken echt onder druk zetten om de spaarrentes te verhogen?

Wie kan de banken echt onder druk zetten om de spaarrentes te verhogen?
(Photo by Wolfram Kastl/picture alliance via Getty Images)

Ondanks het overweldigende succes van de eenjarige staatsbon, is Vincent Van Peteghem (cd&v), minister van Financiën, niet geslaagd in zijn opzet: de spaarrentes een boost geven. Tot nu toe hebben slechts twee banken de spaartarieven gewijzigd. Maar is het wel aan de overheid om hogere spaarrentes te eisen?

Waarom is dit belangrijk?

Van Peteghem wou met de eenjarige staatsbon ervoor zorgen dat de spaarrentes verder zouden stijgen. Dat is niet gelukt. Verschillende experts hebben al opgemerkt dat de spaartarieven enkel verder kunnen stijgen als de Europese Centrale Bank (ECB) een vervolg geeft aan het verstrakkende geldbeleid.

Context: De staat kon maar liefst 21,896 miljard euro ophalen met de zogenaamde Van Peteghem-bon. Dat is ruim een tienvoud van de doelstelling van de minister van Financiën.

  • Desalniettemin heeft de overheidsobligatie zijn doel voorbijgeschoten. Van Peteghem hoopte dat de staatsbon, die gepaard ging met een rente van netto 2,81 procent, zou leiden tot hogere spaarrentes. Maar dat was dus ijdele hoop, zo blijkt nu.
  • Tot toe hebben slechts twee kleinere spelers de spaartarieven naar boven bijgesteld.
    • Santander Consumer Bank heeft begin deze maand de rente op de spaarrekening Vision en Vision+ aangepast. Die spaarboekjes brengen voortaan respectievelijk 1,6 en 2,35 procent in het laatje.
    • Izola Bank heeft dan weer de rente op de niet-gereglementeerde spaarrekening Saver verhoogd van 2 naar 2,5 procent. Bij een niet-gereglementeerd spaarboekje moet je wel nog een roerende voorheffing van 30 procent betalen op de opbrengsten, waardoor je netto 1,57 procent in handen krijgt.
  • Maar nu rijst de vraag: wie kan de banken echter onder druk zetten om de spaartarieven te verhogen?

De overheid

Zoals je hierboven al kon lezen, is de overheid er met de staatsbon in geslaagd om het spaargeld te mobiliseren. In totaal is er zo’n 7 procent weggestroomd van de 300 miljard euro die op de spaarboekjes stond.

  • Maar dat was dus niet voldoende om de banken te motiveren de spaarrentes te verhogen. Van Peteghem sluit daarom een nieuwe uitgifte in december niet uit. Verschillende experts hebben wel al opgemerkt dat een herhaling van die oefening gevaarlijke gevolgen kan hebben voor de financiële sector, en in het bijzonder voor de kleinere banken.
    • “Grootbanken hebben doorgaans verschillende bronnen van inkomsten, zij kunnen zulke verliezen redelijk makkelijk opvangen. De kleinere banken zijn meer afhankelijk van spaarmiddelen. Zij gaan zich vooral focussen op die particuliere klant, want het is een relatief goedkope bron van financiering. Maar zij lopen natuurlijk ook meer risico”, verduidelijkt econome Selien De Schryder tegenover VRT NWS.
  • Daarnaast hebben de regeringspartijen verschillende wetsvoorstellen gelanceerd om de minimale spaarrente te verhogen. De Nationale Bank van België (NBB) en de ECB hebben die in de prullenmand gegooid. Dergelijke overheidsingrepen kunnen volgens de monetaire instellingen kwalijke gevolgen hebben voor de financiële stabiliteit van de bankensector.
  • Naast de staatsbon beschikt de staat dus niet over veel tools om de banken te motiveren de spaarrente te verhogen.

De spaarder

De spaarders daarentegen hebben iets meer macht. Dankzij de staatsbon hebben ze aangetoond dat ze wel degelijk bereid zijn om andere horizonten op te zoeken. De voorkeur gaat wel nog altijd uit naar veilige spaarproducten.

  • Maar: Het gaat hier over een eenmalige operatie. De kans is groot dat een aanzienlijk deel van het kapitaal dat de Belgen in de staatsbon hebben belegd volgend jaar opnieuw terechtkomt op een spaarboekje.
  • Het is daarom belangrijk om verder in de toekomst te kijken. De spaarrekening zou in principe slecht een onderdeel moeten zijn van een gediversifieerde portefeuille. Die rekening is bedoeld om geld op te parkeren dat je in de nabije toekomst nodig hebt. Voor al het overige kapitaal zijn er lucratievere alternatieven. Denk onder meer aan beleggingsfondsen, ETF’s, tak23-verzekeringen of aandelen.
  • Als we een groter deel van ons kapitaal voor een langere periode beleggen in andere producten, neemt de druk op de banken toe om de spaarrentes te verhogen. Ze hebben onze spaardeposito’s onder meer nodig om kredieten te verstrekken.
    • Marc Rasière, CEO van Belfius, waarschuwde bij de toelichting van de halfjaarcijfers dat het succes van de staatsbon kan leiden tot duurdere woonleningen. Hij benadrukte dat de ruim 20 miljard euro die de Belgen hebben toevertrouwd aan de overheid, niet kan terugvloeien naar kredieten om de economie te financieren.
    • “Op een ogenblik dat je uitzonderlijke winsten boekt zeggen dat je het woonkrediet nog wat duurder zult maken, dat is onbegrijpelijk. Dan heb je niet begrepen wat er leeft”, reageerde Van Peteghem onlangs in een gesprek met De Standaard.

De ECB

De ECB heeft de grootste impact op de spaarrentes.

  • Het merendeel van de banken heeft in het najaar van 2022 of bij de start van 2023 de spaartarieven voor de eerste keer verhoogd. Toen had de centrale bank al meermaals de beleidsrente naar boven bijgesteld.
  • Intussen is de rente gestegen tot 3,75 procent, het hoogste niveau sinds het najaar van 2000. Ter herinnering: voor de start van de zomer van 2022 moesten de banken nog een strafrente van 0,5 procent betalen op de deposito’s die ze stallen bij de centrale bank.
  • Later deze maand komen de bestuursleden van de ECB opnieuw samen. Kans bestaat dat ze de rente verder zullen verhogen tot 4 procent, het hoogste niveau ooit in de geschiedenis van de instelling. Het is dus zeker niet uitgesloten dat een potentiële rentewijziging zal resulteren in hogere rentes dit najaar.
Meer premium artikelen
Meer

Ontvang de Business AM nieuwsbrieven

De wereld verandert snel en voor je het weet, hol je achter de feiten aan. Wees mee met verandering, wees mee met Business AM. Schrijf je in op onze nieuwsbrieven en houd de vinger aan de pols.