Na de G7-top in Hiroshima in mei beweerde de Amerikaanse president Joe Biden dat hij een “dooi” verwacht in de betrekkingen met China. Maar ondanks enkele recente officiële bilaterale ontmoetingen – waarbij de Amerikaanse minister van Financiën Janet Yellen de hoop uitsprak op een spoedig bezoek aan China – blijven de betrekkingen ijzig.
In plaats van te ontdooien wordt de nieuwe koude oorlog alleen maar kouder, en de G7-top zelf vergrootte de Chinese bezorgdheid over het feit dat de Verenigde Staten een strategie volgen van “uitgebreide insluiting, omsingeling en onderdrukking”. In tegenstelling tot eerdere bijeenkomsten, waar de G7-leiders vooral praatten en weinig deden, bleek deze top een van de belangrijkste in de geschiedenis van de groep. De VS, Japan, Europa en hun vrienden en bondgenoten maakten duidelijker dan ooit dat zij van plan zijn hun krachten te bundelen om China tegen te gaan.
Bovendien heeft Japan (dat momenteel het roulerende voorzitterschap van de groep bekleedt) belangrijke leiders uit het Zuiden uitgenodigd, niet in de laatste plaats de Indiase premier Narendra Modi. Door de hand uit te steken naar opkomende en middenmachten wil de G7 anderen overhalen om zich aan te sluiten bij haar meer gespierde reactie op de opkomst van China. Velen zullen het waarschijnlijk eens zijn met de voorstelling van China als een autoritaire, staatskapitalistische macht die steeds assertiever is in het projecteren van macht in Azië en wereldwijd.
Neturaal standpunt?
Hoewel India (dat dit jaar het voorzitterschap van de G20 bekleedt) een neutraal standpunt heeft ingenomen over de oorlog van Rusland in Oekraïne, is het al lang verwikkeld in een strategische rivaliteit met China, deels omdat de twee landen een lange grens delen, waarvan een groot deel wordt betwist. Zelfs indien India geen formele bondgenoot van de westerse landen wordt, zal het zich dus blijven positioneren als een onafhankelijke, opkomende wereldmacht waarvan de belangen meer op één lijn liggen met het Westen dan met China en de feitelijke bondgenoten van China (Rusland, Iran, Noord-Korea en Pakistan).
Bovendien is India formeel lid van de Quadrilaterale Veiligheidsdialoog, een veiligheidsgroepering met de VS, Japan en Australië die uitdrukkelijk tot doel heeft China af te schrikken; en Japan en India onderhouden reeds lang vriendschappelijke betrekkingen en delen een geschiedenis van vijandige betrekkingen met China.
Ernstige gevolgen
Japan nodigde ook Indonesië, Zuid-Korea (waarmee het een diplomatieke dooi nastreeft, gedreven door gemeenschappelijke zorgen over China), Brazilië (een andere belangrijke zuidelijke mogendheid), Azali Assoumani, voorzitter van de Afrikaanse Unie, en de Oekraïense president Volodymyr Zelensky uit. De boodschap was duidelijk: de Chinees-Russische vriendschap “zonder grenzen” heeft ernstige gevolgen voor de manier waarop andere mogendheden China zien.
Maar de G7 ging nog verder en wijdde een aanzienlijk deel van haar slotcommuniqué aan de vraag hoe zij China de komende jaren zal confronteren en afschrikken. Het document veroordeelt onder meer het Chinese beleid van “economische dwang” en benadrukt het belang van een Indo-Pacific partnerschap om China’s pogingen om Azië te domineren te dwarsbomen. Het bekritiseert het Chinese expansionisme in de Oost- en Zuid-Chinese Zee en bevat een duidelijke waarschuwing aan China om Taiwan niet aan te vallen of binnen te vallen.
Bij het nemen van maatregelen om hun betrekkingen met China “los te koppelen” hebben de westerse leiders gekozen voor een taalgebruik dat slechts iets minder agressief is dan “ontkoppeling”. Maar er is meer veranderd dan alleen de diplomatieke taal. Volgens het communiqué zullen de westerse beheersingsinspanningen gepaard gaan met een beleid om het Zuiden te betrekken bij grote investeringen in de overgang naar schone energie, om te voorkomen dat belangrijke landen daar in de invloedssfeer van China worden getrokken.
Verdere escalatie
Geen wonder dat China zijn woede tegen de G7 niet kon bedwingen. De top van Hiroshima valt niet alleen samen met een Quad-bijeenkomst, maar komt ook op een moment dat de NAVO haar eigen koers naar Azië is gaan varen en dat de AUKUS-alliantie (Australië, het Verenigd Koninkrijk en de VS) zich voorbereidt op een confrontatie met China in de Stille Oceaan.
Ondertussen is de Westers-Chinese technische en economische oorlog verder geëscaleerd. Japan legt de uitvoer van halfgeleiders naar China beperkingen op die niet minder draconisch zijn dan die van de VS, en de regering Biden zet Taiwan en Zuid-Korea onder druk om dit voorbeeld te volgen. In reactie daarop heeft China chips van het Amerikaanse Micron verboden.
Nu de Amerikaanse chipfabrikant Nvidia snel uitgroeit tot een grootmacht in het bedrijfsleven – dankzij de stijgende vraag naar zijn geavanceerde chips voor AI-toepassingen – zal ook deze waarschijnlijk te maken krijgen met nieuwe beperkingen op de verkoop aan China. Amerikaanse beleidsmakers hebben duidelijk gemaakt dat zij China minstens een generatie achter zich willen houden in de race om de AI-supermacht. De CHIPS and Science Act van vorig jaar introduceerde enorme stimulansen om de chipproductie te verplaatsen.
Vergeldingsmaatregelen
Het risico is nu dat China, dat zijn technologische achterstand op het Westen wil inlopen, zijn dominante rol in de productie en raffinage van zeldzame aardmetalen – die cruciaal zijn voor de groene overgang – zal aanwenden om vergeldingsmaatregelen te nemen tegen de Amerikaanse sancties en handelsbeperkingen. China heeft zijn export van elektrische voertuigen sinds 2019 al met bijna 700% verhoogd en begint nu commerciële vliegtuigen in te zetten om te concurreren met Boeing en Airbus.
De G7 mag dan wel tot doel hebben gehad China af te schrikken zonder de koude oorlog te laten escaleren, de perceptie in Peking suggereert dat de westerse leiders er niet in zijn geslaagd de speld in het wiel te steken. Het is nu duidelijker dan ooit dat de VS en het Westen in bredere zin de opkomst van China willen beteugelen.
Natuurlijk willen de Chinezen graag vergeten dat de huidige escalatie evenveel, zo niet meer, te danken is aan hun eigen agressieve beleid als aan de strategie van de VS. In recente interviews ter gelegenheid van zijn 100ste verjaardag heeft Henry Kissinger – de architect van Amerika’s “opening naar China” in 1972 – gewaarschuwd dat tenzij de twee landen een nieuwe strategische verstandhouding vinden, zij op ramkoers zullen blijven liggen. Hoe dieper de bevriezing, hoe groter het risico van een gewelddadige breuk.
Nouriel Roubini is emeritus hoogleraar economie aan de New York University’s Stern School of Business, hoofdeconoom bij Atlas Capital Team en auteur van Megathreats: Ten Dangerous Trends That Imperil Our Future, and How to Survive Them (Little, Brown and Company, 2022).
Copyright: Project Syndicate, 2023.
www.project-syndicate.org