De inflatie in de eurozone is in november (op jaarbasis) gestegen tot maar liefst 4,9 procent, een recordniveau sinds de invoering van de euro. De Europese Centrale Bank (ECB) blijft niettemin volhouden dat de inflatie tijdelijk is. Isabel Schnabel, bestuurslid bij de ECB, zei onlangs dat de inflatie in november wellicht een piek heeft bereikt.
Er lijkt maar geen einde te komen aan de prijsstijgingen in de eurozone. De afgelopen maanden zagen we de inflatie keer op keer toenemen. Ook in november zijn de prijzen verder gestegen. De inflatie bereikte zelfs een recordniveau: 4,9 procent. Dat is het hoogste peil sinds de invoering van de euro in 1999. Gisteren bleek ook al dat de inflatie in ons land op een recordkoers zit. Het Belgische inflatiecijfer kwam uit op 5,64 procent.
Stijgende energieprijzen
De hoge inflatiecijfers zijn voornamelijk het gevolg van de toegenomen energieprijzen. Sinds het einde van de lockdownperiodes zitten de gas-, olie- en elektriciteitsprijzen in de lift. Uit de inflatiecijfers blijkt dat de prijzen van Europese energieproducten met 27,4 procent zijn gestegen in vergelijking met vorig jaar.
Ook problemen met de toeleveringsketens jagen de prijzen de hoogte in. Door het economisch herstel is de vraag opnieuw toegenomen, maar de producenten hebben momenteel veel moeite om die toegenomen vraag bij te benen. Tijdens de lockdownperiodes hebben verschillende bedrijven de activiteiten tijdelijk moeten staken of hebben ze geen nieuwe voorraden aangelegd omdat de vraag was afgezwakt. Nu bevinden we ons in een omgekeerde situatie: veel vraag, maar een aanbodtekort. Voorts is er een tekort aan grondstoffen. Dat leidt tot hogere prijzen.
Nog een belangrijk detail: de Duitse btw. Vorig jaar was er nog een tijdelijke btw-korting van toepassing bij onze oosterburen. Nu dat die is weggevallen, zijn de producten en diensten in Duitsland opnieuw duurder.
ECB grijpt niet in
De kans dat de ECB zal ingrijpen om de inflatie te beteugelen is zeer klein. De toezichthouder heeft al meermaals benadrukt dat hij ervan overtuigd is dat de forse inflatie slechts tijdelijk is. Christine Lagarde, voorzitter van de ECB, zei vorige week nog dat het zeer onwaarschijnlijk is dat ze de rente volgend jaar al verhoogt.
Schnabel zei maandag op haar beurt dat de inflatie deze maand een piek zal bereikt hebben. Ze verwacht dat de inflatie volgend jaar zal dalen richting de 2 procent. Dat is de doelstelling van de ECB op middellange termijn.
Ze benadrukte daarbij dat de inflatie het gevolg is van twee tijdelijke factoren: hoge energieprijzen en flessenhalzen in de toeleveringsketens. “Deze twee belangrijke prijsopdrijvende factoren gaan geleidelijk aan afvlakken”, klonk het.
“De meeste voorspellingen gaan er eigenlijk van uit dat de inflatie onder de grens van 2 procent zal duiken. Er zijn met andere woorden geen signalen dat de prijsstijgingen uit de hand lopen. Als we dachten dat de inflatie permanent boven de 2 procent zou blijven liggen, zouden we ongetwijfeld reageren. Op dit moment zien we daar echter geen aanwijzingen voor”, vervolgde Schnabel.
Zwakkere inflatie vanaf 2022
Ook ING-econoom Bert Colijn verwacht dat inflatie vanaf volgend zal afzwakken. “De Duitse btw-verhoging die in januari uit de cijfers valt, zal resulteren in een eerste daling”, aldus de econoom. “We verwachten ook dat de energieprijzen zullen dalen en de problemen in de toeveleringsketens stelselmatig zullen afnemen. Dat moet ertoe leiden dat de inflatie aan kracht verliest vanaf volgend jaar.”
Hij stelt zichzelf wel de vraag wat de impact zal zijn van de stijgende goederenprijzen op de inflatie. “De druk van de pijplijnkosten neemt nog niet af, waardoor wij voor het grootste deel van 2022 een hogere goedereninflatie verwachten, die de belangrijkste drijvende kracht achter de algemene inflatie zal worden wanneer de energie-inflatie afzwakt. De grote vraag is hoe ver de inflatie in de loop van volgend jaar precies zal dalen. Daarbij zijn tweederonde-effecten en cyclische factoren van doorslaggevend belang”, waarschuwt hij.
(lb)