Kernkabinet bereikt laatste akkoord van het jaar: duidelijkheid over btw-verhoging afhaalmaaltijden en centenindex

Afgelopen nacht, net voor het kerstreces, heeft het kernkabinet van de regering-De Wever de laatste politieke twistpunten van het jaar weggewerkt. De topministers bereikten een definitief akkoord over de programmawet, die de praktische uitvoering regelt van het grotere begrotingsakkoord dat eind november werd gesloten. Daarbij is vooral duidelijkheid geschept over twee hete hangijzers: de exacte regels rond de btw-verhoging voor afhaalmaaltijden en de timing van de ingreep in de loonindexering.


Key takeaways

  • Het kernkabinet heeft een akkoord bereikt over enkele onduidelijkheden uit de meerjarenbegroting van eind november.
  • Zo is beslist dat de btw-verhoging voor afhaalmaaltijden ook geldt in de supermarkt, maar enkel op zaken met een houdbaarheidsdatum van minder dan twee dagen.
  • Daarnaast is ook beslist dat de centenindex pas na maart zal ingaan.

Hoewel de regering-De Wever in de vroege uurtjes van 24 november al een meerjarenbegroting afklopte met een besparingsoefening van 9,2 miljard euro, bleven er de afgelopen weken nog verschillende ‘losse eindjes’ over. Het ging niet meer over de grote lijnen, maar wel over de technische vertaling van de maatregelen in wetteksten.

Afhaalmaaltijden

Een van de meest besproken maatregelen was de btw-verhoging op afhaalmaaltijden van 6 naar 12 procent. Het principe was beslist, maar de definitie van wat nu precies als een ‘afhaalmaaltijd’ beschouwd wordt, zorgde voor discussie. De regering wilde vermijden dat basisvoedingsmiddelen onbedoeld duurder zouden worden.

Het onderscheid zal gemaakt worden op basis van de houdbaarheidsdatum. Gaat het om een maaltijd met een houdbaarheidsdatum van minder dan twee dagen, dan stijgt de btw naar 12 procent. Dat is bijvoorbeeld ook het geval voor sushi uit de supermarkt, maar niet voor een diepvriespizza. Ook voor de bakker is er goed nieuws: alles wat daar gekocht wordt voor het ontbijt valt buiten de verhoging en blijft op 6 procent.

Centenindex

Het tweede grote dossier betrof de indexsprong voor hoge lonen, de zogenaamde ‘centenindex’. De regering had beslist om de automatische loonindexering twee keer af te toppen voor brutolonen boven de 4.000 euro. Er was echter verwarring over wanneer dat voor het eerst zou gebeuren.

Die onduidelijkheid is nu weggenomen. De regering heeft beslist de komende indexeringen ongemoeid te laten. Concreet betekent dit dat de loonstijging van 1 januari voor ruim een half miljoen werknemers in de privésector (naar schatting 2,21 procent) integraal wordt uitbetaald. Ook voor de ambtenaren en gepensioneerden, die in maart een indexering verwachten, verandert er niets.

De besparing via het indexplafond wordt hierdoor op de lange baan geschoven. Pas bij de daaropvolgende overschrijding van de spilindex zal de aftopping voor de hogere lonen effectief worden toegepast. Mogelijk is dat echter pas in 2027. De regering houdt wel vast aan het principe om deze maatregel in totaal twee keer uit te voeren tijdens deze legislatuur.

Volg Business AM ook op Google Nieuws

Wil je toegang tot alle artikelen, geniet tijdelijk van onze promo en abonneer je hier!

Meer

Ontvang de Business AM nieuwsbrieven

De wereld verandert snel en voor je het weet, hol je achter de feiten aan. Wees mee met verandering, wees mee met Business AM. Schrijf je in op onze nieuwsbrieven en houd de vinger aan de pols.