Key takeaways
- Het Noorse staatsfonds heeft Caterpillar uitgesloten vanwege het gebruik van haar bulldozers bij de sloop van Palestijnse eigendommen.
- Het fonds heeft ook vijf Israëlische bankgroepen uitgesloten vanwege hun financiering van bouwprojecten die Israëlische nederzettingen ondersteunen.
Het Noorse staatsfonds heeft actie ondernomen tegen Caterpillar, de Amerikaanse fabrikant van bouwmachines, vanwege ethische bezwaren tegen het gebruik van zijn producten bij de sloop van Palestijnse eigendommen.
Ethisch beoordelingsproces
De beslissing markeert een belangrijke ontwikkeling, aangezien Caterpillar het eerste grote Amerikaanse bedrijf is dat is uitgesloten van het fonds als onderdeel van het lopende beoordelingsproces om investeringen te vermijden die bijdragen aan schendingen van het internationaal recht.
De onafhankelijke ethische raad van het fonds concludeerde dat er duidelijk bewijs is dat Israëlische autoriteiten de bulldozers van Caterpillar gebruiken bij de systematische en wijdverspreide vernietiging van Palestijnse eigendommen in Gaza en de Westelijke Jordaanoever. De raad merkte ook op dat Caterpillar geen maatregelen heeft genomen om dit gebruik te voorkomen. Dit houdt een onaanvaardbaar risico in dat het bedrijf bijdraagt aan ernstige mensenrechtenschendingen in conflictsituaties.
Israëlische bankgroepen ook uitgesloten
Naast Caterpillar heeft het fonds ook vijf Israëlische bankgroepen uitgesloten: First International Bank of Israel, Bank Leumi Le-Israel, Mizrahi Tefahot Bank, Fibi Holdings en Bank Hapoalim. Deze banken zijn uitgesloten wegens hun financiering van bouwactiviteiten die bijdragen aan het onderhoud van Israëlische nederzettingen.
De totale waarde van deze desinvesteringen bedraagt bijna 3 miljard dollar (ongeveer 2,6 miljard euro). De beslissing is in lijn met de Noorse richtlijnen voor ethisch beleggen, waarop toezicht wordt gehouden door een onafhankelijke ethische raad, aangesteld door het Noorse ministerie van Financiën.

