Key Takeaways
- De Amerikaanse overheid heeft een belang van 9,9 procent in Intel genomen voor 8,9 miljard dollar (7,6 miljard euro) om de binnenlandse productie van chips te ondersteunen.
- Deze strategische investering is bedoeld ter ondersteuning van Intels inspanningen om geavanceerde technologieën te ontwikkelen.
- Ondanks de steun van de overheid heeft Intel te maken met sterke concurrentie van bedrijven als Nvidia en Taiwan Semiconductor Manufacturing Company (TSMC) en ondervindt het moeilijkheden in zijn gieterijactiviteiten.
Amerikaans president Donald Trump heeft een belangrijke deal tussen de Amerikaanse overheid en Intel aangekondigd, waarmee een nieuwe ingreep in de bedrijfswereld wordt gemarkeerd. Volgens de overeenkomst zal de VS een belang van 9,9 procent in Intel verwerven voor 8,9 miljard dollar (7,6 miljard euro), waarbij bestaande overheidssubsidies worden omgezet in aandelen. De zet is bedoeld om Intels chipfabricageactiviteiten in de Verenigde Staten te versterken. Dat bevestigt Intel in een persbericht.
Subsidies
Intel-CEO Lip-Bu Tan sprak zijn dank uit voor het vertrouwen van de regering en benadrukte de toewijding van het bedrijf om in eigen land geavanceerde technologieën te ontwikkelen. Hij haalde het belang aan van de Amerikaanse chipfabricage voor economische welvaart en nationale veiligheid.
De aankoopprijs vertegenwoordigt een korting op de marktwaarde van Intel, wat aantoont dat de overheid de worstelende chipmaker wil steunen. Het geld voor de overname is afkomstig van subsidies die eerder zijn toegekend in het kader van de CHIPS Act en het Secure Enclave-programma. Minister van Handel Howard Lutnick prees de deal als eerlijk voor zowel Intel als het Amerikaanse volk, en benadrukte de bijdrage van Intel aan het Amerikaanse leiderschap op het gebied van artificiële intelligentie en nationale veiligheid.
Bezorgdheid over overheidsbemoeienis
De investering in Intel volgt op een reeks ongebruikelijke deals georkestreerd door de regering Trump, waaronder een deal met Nvidia die de verkoop van geavanceerde AI-chips aan China toestaat in ruil voor een percentage van de omzet. Critici hebben hun bezorgdheid geuit over de mate van overheidsbemoeienis met de zaken van bedrijven, met het argument dat dit nieuwe risico’s en complexiteiten voor bedrijven met zich meebrengt.
Ondanks de financiële steun van de overheid blijven sommige industrie-analisten sceptisch over het vermogen van Intel om zich volledig te herstellen. Zij wijzen op Intels problemen met de contractproductie van chips (foundry unit) en de noodzaak om de technologische achterstand op concurrenten zoals Taiwan Semiconductor Manufacturing Company (TSMC) in te halen.
Concurrentie
Het belang van de Amerikaanse overheid in Intel zal passief zijn, wat betekent dat het geen directe rol zal hebben in managementbeslissingen. De overeenkomst bevat echter een vijfjarige garantie die de VS de optie geeft om onder bepaalde voorwaarden nog eens 5 procent van Intels aandelen te kopen. Deze bepaling suggereert dat de overheid erop gebrand is om haar investering te beschermen en ervoor te zorgen dat Intel erin slaagt om haar gieterijactiviteiten nieuw leven in te blazen.
Ondanks de federale steun heeft Intel te maken met geduchte concurrentie op de markten voor artificiële intelligentie en centrale verwerkingseenheden (CPU’s). Het bedrijf heeft terrein verloren aan Nvidia op het gebied van artificiële intelligentie en heeft marktaandeel verloren aan Advanced Micro Devices op het gebied van CPU’s. Daarnaast blijft het een uitdaging voor het bedrijf om klanten aan te trekken voor zijn nieuwe fabrieken.

