Europa’s overgang naar hernieuwbare energiebronnen voedt industriële achteruitgang


Key takeaways

  • Europa’s overgang naar hernieuwbare energie leidt tot industriële achteruitgang, die vooral productiecentra treft.
  • Hoge energiekosten en onvoldoende investeringen leiden tot bedrijfssluitingen en verstoring van de brandstofvoorziening.
  • Nederland loopt grote risico’s door industriële achteruitgang, die een bedreiging kan vormen voor zijn defensiecapaciteit.

De overgang naar hernieuwbare energiebronnen heeft aanzienlijke gevolgen voor de Europese economieën, vooral voor productie- en fabricagecentra. Hoewel deze overgang naar hernieuwbare energiebronnen gedreven wordt door de noodzaak om de afhankelijkheid van volatiele leveranciers zoals Rusland, het Midden-Oosten en Afrika te verminderen, brengt het uitdagingen met zich mee voor industrieën die gewend zijn aan traditionele energiebronnen. Dat meldt OilPrice.com.

Nederland, ooit bekend om zijn overvloedige aardgasreserves en de daarmee samenhangende “Hollandse ziekte”, ziet zijn industriële basis verzwakken. Hoge energiekosten en een gebrek aan investeringen dragen bij aan deze afname, in lijn met de bredere de-industrialiseringstrend die ook in Duitsland zichtbaar is. Tegelijkertijd staat het Europese raffinagecluster – met Antwerpen, Rotterdam en Amsterdam als kern – onder druk. Toenemende desinvesteringen, sluitingen en faillissementen bedreigen niet alleen de continuïteit van de brandstofvoorziening, maar zetten ook Europa’s strategisch belangrijke chemische sector onder druk.

De gevolgen van niets doen

Jarenlange verwaarlozing van de koolwaterstofindustrie, gecombineerd met een beleid dat fossiele brandstoffen ontmoedigt en een onwrikbaar geloof in economische herstructurering, hebben geleid tot exorbitante energieprijzen en een daling van de investeringen. Het recente actieplan van de Europese Commissie om de sluiting van raffinaderijen en chemische fabrieken aan te pakken is een positieve stap, hoewel het voor veel bedrijven te laat kan komen, vooral in Rotterdam, waar de sluitingen steeds sneller gaan als gevolg van de hoge energiekosten en de volatiliteit van de markt.

Nederlandse chemische en downstreambedrijven worden onevenredig zwaar getroffen door deze combinatie van factoren, die nog wordt verergerd door ESG-regelgeving en lopende rechtszaken over stikstofemissies, die een belemmering vormen voor uitbreiding en toegang tot elektriciteitsnetten. De effectiviteit van het actieplan van Brussel voor kritieke locaties zoals Moerdijk, Rotterdam en Geleen blijft onzeker.

Chinese dumping ondermijnt concurrentie

Het ongelijke speelveld in Europa maakt de situatie alleen maar erger. Chinese dumpingpraktijken en buitensporige EU-bureaucratie vergroten de druk op Nederlandse bedrijven, die te maken hebben met de hoogste energieprijzen in de EU, een instabiel elektriciteitsnet en het risico van stroomonderbrekingen in de winter.

Het concurrentievermogen dat Nederland van oudsher heeft, wordt uitgehold. Industriële exporteurs maken zich steeds meer zorgen over het wereldwijde handelsbeleid, zoals blijkt uit een recent rapport van het Nederlandse Bureau voor de Statistiek. Zelfs ecologisch georiënteerde bedrijven verhuizen naar gunstiger omgevingen, zoals Azië.

Een bedreiging voor de veiligheid

Deze industriële achteruitgang heeft meer gevolgen dan alleen banenverlies. Het bedreigt de defensiecapaciteit van Europa, aangezien Nederland een essentiële rol speelt in de brandstofvoorziening van de NAVO via de Rotterdamse infrastructuur. Zonder een robuuste raffinage- en chemische productiecapaciteit lopen de Europese industrie en veiligheid aanzienlijke risico’s. Nederlandse politici moeten de omvang van dit probleem erkennen. (fc)

Meer

Ontvang de Business AM nieuwsbrieven

De wereld verandert snel en voor je het weet, hol je achter de feiten aan. Wees mee met verandering, wees mee met Business AM. Schrijf je in op onze nieuwsbrieven en houd de vinger aan de pols.