Op internet doen al een tijd geruchten de ronde als zou Amerika weigeren 1.500 ton goud, dat eigendom is van Duitsland en bij de Federal Reserve in New York ligt opgeslagen, terug naar Berlijn te zenden. Duitsland stockeerde zijn goud tijdens de Koude Oorlog om strategische redenen bij de Fed, de Bank of England en de Banque de France.

Begin vorig jaar raakte dan bekend dat onze oosterburen 300 ton goud uit New York zouden repatriëren en 374 ton uit Parijs.

Omdat deze operatie vertraging opliep doen nu zo veel samenzweringstheorieën de ronde dat al 15.000 Duitsers de petitie ‘Breng ons goud terug’ hebben ondertekend.

De Frankfurter Allgemeine wijdt donderdag een artikel aan de zaak, waarin Philipp Missfelder (CDU), de voorzitter van de Junge Union, zich afvraagt waarom Duits goud nog steeds in het buitenland ligt opgeslagen. ‘Ons goud hoort in Duitsland te liggen, voor het geval er zich een crisis voordoet.’

CSU-politicus Peter Gauweiler weet dat de Bundesbank geen regelmatige controles doorvoert omtrent de fysieke aanwezigheid van het goud in New York, zoals nochtans door het Duitse Rekenhof opgedragen. De Duitse bevolking twijfelt daarom over de aanwezigheid van het Duitse goud in de kluizen van de Federal Reserve, die zich zo’n 25 onder Manahttan bevinden.

De petitie  ‘Breng ons goud terug’  verzamelde ondertussen al 15.300 handtekeningen waaronder die van Hans-Olaf Henkel, de voormalige voorzitter van IBM Europa en van de Duitse industriefederatie BDI en een teleurgesteld voormalig eurofiel. Henkel is voorzitter van de eurosceptische partij Alternative fur Deutschland.

Maar Carl-Ludwig Thiele, een bestuurslid van de Duitse Bundesbank, maakt brandhout van de geruchten:

‘Ik was in New York, we hebben de goudstaven gezien en gewogen en alles verliep 100% naar wens. De Amerikanen zeiden ons: ‘Dit is uw goud, u kunt er op elk moment over beschikken.’ 

Duitsland wil tegen 2020 de helft van zijn goudvoorraad fysiek terug in eigen land hebben. Thiele sprak ook geruchten tegen als zouden de Amerikanen het Duitse goud elders in onderpand hebben gegeven.

De fractieleider van de CDU, Norbert Barthle, distantieert zich van de verklaringen van Missfelder en Gauweiler: “Ik ben ervan overtuigd dat de Duitse goudreserves in New York, Parijs en Londen altijd veilig zijn geweest en dat nog steeds zijn. Twijfel daaromtrent is voor mij onbegrijpelijk.’