Vlaamse regering halveert fonds voor bouwshiftpremies

Vlaamse regering halveert fonds voor bouwshiftpremies
NICOLAS MAETERLINCK/BELGA MAG/AFP via Getty Images

De Vlaamse regering brengt het bouwshiftfonds terug van 95 miljoen naar 47,5 miljoen euro. Volgens Vlaams minister van Omgeving Jo Brouns (cd&v) wordt er te weinig beroep gedaan op het fonds. Dat moet gemeenten helpen om meer natuur te realiseren.


Key takeaways

  • Het lokaal bouwshiftfonds krijgt bijna geen aanvragen, het budget voor gemeenten wordt daarom gehalveerd.
  • Groen is verbolgen en vindt dit een besparing.
  • Volgens minister Brouns is het geen besparing maar gaat het vrijgekomen geld nu naar klimaat.

In het nieuws: Het bouwshiftfonds wordt met de helft kleiner gemaakt.

  • Het lokaal bouwshiftfonds is bedoeld voor gemeenten als hulpmiddel om open ruimte om te zetten in natuurgebied, bos of landbouwgrond. De vorige Vlaamse regering zette als doelstelling voorop om tegen 2040 netto geen open ruimte meer in te laten nemen door bebouwing of infrastructuur. Een heuse ‘shift’, dus. 12.000 hectare aan woonreservegebied werd beter beschermd: voor bouwpromotoren is het nu moeilijker om projecten op die reservegrond op te zetten.
  • Voor gemeenten kwam er hulp: de waarde van open ruimte daalt immers als dat wordt omgezet in natuur in plaats van bebouwing. Vandaar het bouwshiftfonds, wat als compensatie geldt. Alleen blijkt dat niet nodig: in 2024 kwam werd er geen geld uit het fonds gebruikt, weet De Tijd.
  • Daarom besliste minister Brouns samen met de Vlaamse regering om het budget voor 2025 en de daaropvolgende jaren te halveren. “De procedure om het geld toe te kennen is pas in voege sinds april. Omdat de schatters van de landcommissies er makkelijk een jaar over doen om de planschade te berekenen, zal de eerste uitbetaling pas in de tweede helft van 2025 gebeuren”, staat er in de beleidsnota van de minister.

Herbestemming blijft duur

De reactie: Groen is verbolgen over het plan.

  • Volgens Groen is dit hét bewijs dat de Vlaamse regering niet weet hoe ze de bouwshift moet aanpakken. “Bij gebrek aan beleid sluit ik niet uit dat de komende jaren weer meer open ruimte in beslag wordt genomen. Eerst bespaarde de regering op het budget om Vlaanderen te beschermen tegen droogte en overstromingen, en nu dit”, haalt Vlaams fractieleidster Mieke Schauvliege (Groen) aan tegenover De Tijd.
  • Ze vervolgt: “Niet alleen was het fonds onvoldoende, de bouwshift was voor de gemeenten ook al onbetaalbaar door de nieuwe planschaderegeling. Ik vind dat schandalig”. De Vlaamse regering vergoedt het waardeverlies vanaf 2023 voor 100 procent van de geschatte marktwaarde. Daarvoor was dat 80 procent van de geactualiseerde aankoopwaarde.
  • Maar het omzetten van open ruimte kent weinig succes, merkt ook de Vereniging van Vlaamse Steden en Gemeenten (VVSG) op. “Herbestemming is nog altijd erg duur voor lokale besturen”, zegt woordvoerder Nathalie Debast tegenover De Tijd. Ze noemt het tegelijkertijd wel “begrijpelijk” dat de Vlaamse regering het fonds terugschroeft. “Zolang er maar voldoende geld is als gemeenten wel meer zachte bestemmingen creëren”, haalt ze aan.

Het weerwoord: Brouns gaat in tegen de kritiek van Groen.

  • Volgens Brouns is de halvering geen besparing, zegt hij tegenover De Tijd. Het vrijgekomen geld uit het bouwshiftpremiefonds verschuift nu naar het Klimaatfonds, waarmee klimaatinvesteringen worden gedaan. Als blijkt dat gemeenten toch meer geld nodig hebben voor de bouwshift, kan het geld weer verhuizen.
  • Dat de nieuwe regels voor de vergoeding van het waardeverlies de bouwshift onbetaalbaar zou maken, vindt Brouns een voorbarige conclusie. Hij wil de nieuwe planschaderegeling “te gepasten tijde evalueren”, om te zien “welk effect het nieuwe decreet heeft op de uitdaging om open ruimte te beschermen”.
Meer premium artikelen
Meer

Ontvang de Business AM nieuwsbrieven

De wereld verandert snel en voor je het weet, hol je achter de feiten aan. Wees mee met verandering, wees mee met Business AM. Schrijf je in op onze nieuwsbrieven en houd de vinger aan de pols.