Key takeaways

• Het CCS-project vangt jaarlijks 25.000 ton CO₂ af van een aardgasbehandelingsinstallatie van Eni.
• Opgevangen CO₂ wordt via hergebruikte pijpleidingen getransporteerd naar een uitgeput gasreservoir voor opslag op 3.000 meter diepte.
• Tegen 2030 wil het project tot 4 miljoen ton CO₂ per jaar opslaan.

Eni en Snam hebben het eerste CCS-project (Carbon Capture, Transport and Storage) in Italië gelanceerd om de uitstoot van kooldioxide door zwaar vervuilende industrieën te verminderen. Deze technologie vangt CO₂ af van industriële processen of emissiepunten en slaat het ondergronds op.

De eerste fase van het project richt zich op het opvangen van CO₂ van Eni’s aardgasbehandelingsinstallatie in Ravenna, naar schatting 25.000 ton per jaar. De opgevangen CO₂ wordt via hergebruikte gaspijpleidingen naar een offshore platform getransporteerd voordat het wordt geïnjecteerd en opgeslagen in een uitgeput gasreservoir op een diepte van 3000 meter.

De invloed van het project

Het project wordt aangedreven door hernieuwbare energiebronnen, waardoor de impact op het milieu minimaal is. Het heeft al een reductie van 90 procent bereikt in de CO₂-uitstoot van de schoorsteen van de Eni-fabriek, met pieken van 96 procent.

Critici betwijfelen de effectiviteit van CCS bij de aanpak van klimaatverandering en noemen mogelijke vertragingen in de overgang van fossiele brandstoffen en zorgen over de commerciële levensvatbaarheid. Niettemin beweert Eni dat het project aanzienlijke belangstelling van klanten trekt.

Toekomstplannen

Het Ravenna-project is bedoeld als een centrum voor het koolstofvrij maken van energie-intensieve industrieën die moeilijk te elektrificeren zijn, zoals keramiek, glas en staal. De eerste diensten zullen worden aangeboden aan Midden-Italië voordat ze worden uitgebreid naar Europese bedrijven. Tegen 2030 wil het project tot 4 miljoen ton CO₂ per jaar opslaan.

Wil je toegang tot alle artikelen, geniet tijdelijk van onze promo en abonneer je hier!