Kan Vlaams minister-president nog iets maken van zijn laatste volle jaar?

Kan Vlaams minister-president nog iets maken van zijn laatste volle jaar?
Vlaams minister-president Jan Jambon (N-VA) – foto: KURT DESPLENTER/BELGA MAG/AFP via Getty Images

Exact één jaar geleden kwam Jan Jambon (N-VA) met veel pomp and circumstance in het Vlaams Parlement het halfrond toespreken. “Vlaanderen moet en zal de kampioen van het postcoronatijdperk worden”, zo verklaarde hij, in een speech die humor of wat relativering miste, en slechts één basisemotie aanspraak: ambitie, ambitie, ambitie.

Het was toen een zoveelste poging om leven in de ploeg van Jambon I te blazen, na een bijzonder kwakkelde schaduwrol, naast de Vivaldi-regering, in tijden van de coronacrisis. De trots over de succesvolle vaccinatiecampagne, merkelijk beter dan het Waalse of Brusselse gewest qua cijfers, werd volop uitgespeeld. En in september 2021 beloofde Jambon dus beterschap: hij zou eindelijk dat krachtige imago dat hij als minister van Binnenlandse Zaken tijdens de aanslagen in Brussel, ten tijde van de Zweedse regering van Charles Michel (MR) had opgebouwd, nu komen waarmaken.

De rest is geschiedenis: op één jaar is de context weer compleet gewijzigd. De zwaarste oorlog sinds WO2 op het Europese continent duwt de EU op de rand van een gigantische energiecrisis en bijhorende diepe recessie. Voor deze winter dreigen bevoorradingsproblemen, maar vooral: de huidige torenhoge prijzen wurgen gezinnen én bedrijven. In plaats van de opgezwollen taal over “een Vlaanderen dat zal schitteren”, verwachten burgers en ondernemingen nu concrete maatregelen. Niets doen, als overheid, is ook geen optie.

Komt daarbij dat Jambon in het voorjaar weliswaar zijn Krokusakkoord maakte, en lastige dossiers als de Bouwshift en het Stikstof leek op te lossen met zijn ploeg, maar op een jaar tijd nog meer een sitting duck lijkt te zijn geworden: een minister-president waarvan iedereen al denkt dat die het maar één termijn zal volhouden. Dat in eigen rangen N-VA-minister Demir al zo sterk haar profiel opbouwde, en nu al gezien wordt als de troonopvolgster, maakt het er niet makkelijker op voor de man uit Brasschaat.

Tegelijk zijn er ook kansen in de coalitie. Bij Open Vld is wel al langer duidelijk dat Bart Somers (Open Vld) behoorlijk los staat van de strategieën die federaal uitgetekend worden door zijn partij: de liberale viceminister-president gaat zijn eigen gang, en zoekt veel meer een samenwerking, in de Vlaamse ploeg, met N-VA, zo is in de wandelgangen te horen.

En bij cd&v, traditioneel op Vlaams niveau de logische bondgenoot van N-VA, maken ze zich ook wel wat zenuwachtig over 2024. De toenadering, zeer openlijk, tussen De Wever en de Vlaamse socialisten van Vooruit, maakt dat de berekeningen voor de volgende legislatuur nu al volop speelt in de hoofden van velen: straks kan het zo maar zijn dat de christendemocraten, met hun nieuwe confronterende huisstijl, uit de boot vallen in een Vlaamse regering.

Voor alle drie de partijen dus redenen genoeg om in de laatste grote begrotingsoefening van deze ploeg naar een consensus te streven, en met een ’triomf’ naar buiten te komen, om toch wat glans te geven aan een ploeg die nooit echt straalde. Maar daarvoor moeten eerst nog een paar keiharde discussies over de centen volgen.

Meer premium artikelen
Meer

Ontvang de Business AM nieuwsbrieven

De wereld verandert snel en voor je het weet, hol je achter de feiten aan. Wees mee met verandering, wees mee met Business AM. Schrijf je in op onze nieuwsbrieven en houd de vinger aan de pols.