Heel wat landen hebben de afgelopen maanden de coronaregels versoepeld of zelfs volledig afgeschaft. Dat betekent ook dat werknemers opnieuw vaker aanwezig moeten zijn op de werkvloer. Volgens Eric Schmidt, de voormalige CEO van Google, is dat een goede zaak.
Nu we afscheid hebben genomen van de strenge coronamaatregels, worden we opnieuw op het kantoor verwacht. Veel bedrijven laten nu wel toe dat de werknemers wekelijks nog enkele dagen thuiswerken. Bij Alphabet, het moederbedrijf boven Google, moeten de werknemers voortaan minstens drie dagen per week aanwezig zijn op het kantoor.
Gesprekken over professionalisme
Volgens Schmidt, die tussen 2001 en 2011 CEO was van Google, is het van cruciaal belang dat werknemers aanwezig zijn op het kantoor. Hij is ervan overtuigd dat dat gepaard gaat met tal van voordelen. “Gesprekken over professionalisme – die vooral nodig kunnen zijn in bedrijven met veel jonge werknemers – zijn virtueel veel moeilijker te voeren”, merkt hij op in een reactie aan de Amerikaanse nieuwssite CNBC.
Voorts is het volgens hem als bedrijf veel eenvoudiger om jongere werkkrachten bepaalde vaardigheden bij te brengen als ze fysiek aanwezig zijn. Hij heeft het daarbij in het specifiek over vergaderetiquette, presentatievaardigheden, werkplekpolitiek en omgaan met concurrenten, zowel intern als extern.
“Jongere werkkrachten hebben nog heel wat te leren”, vervolgt hij. “Als je dat mist omdat je thuis op de bank zit terwijl je werkt, weet ik niet hoe je geweldige managementvaardigheden opbouwt. Ik weet het eerlijk gezegd niet.”
Uitzonderingen
Schmidt merkt wel op dat er enkele uitzonderingen zijn. Hij heeft het onder meer over gespecialiseerde functies die niet veel persoonlijke communicatie vereisen. Ook voor werknemers die dagelijks moeten pendelen is het volgens hem niet opportuun om elke dag aanwezig te zijn op het kantoor.
Toch, zegt Schmidt, zou een grootschalige beweging om permanent op afstand te werken ten minste 30 tot 40 jaar ervaring op de werkplek tenietdoen. “Ik denk dat er veel bewijs is dat mensen sociaal zijn,” klinkt het. “En dat de huidige virtuele hulpmiddelen niet hetzelfde zijn als de informele netwerken die zich binnen een bedrijf ontwikkelen.”
(lp)