80 jaar na Pearl Harbor bouwt Japan terug aan zijn leger

Op 7 december 1941 werd de Amerikaanse marinebasis Pearl Harbor, op het idyllische eiland Oahu, Hawaii, aangevallen door het Japanse Keizerlijke leger. De aanval luidde de start in van de Amerikaanse inmenging in de Tweede Wereldoorlog, wat desastreus afliep voor Japan. Het land capituleerde, en werd verboden ooit nog een degelijk leger te hebben. Tachtig jaar later is van die regel weinig nog te zien.

Na de oorlog deed de VS er alles aan om een herhaling van de aanval op Pearl Harbor te vermijden. Ze lieten het Japanse Keizerlijke leger ontbinden, en lieten in de nieuwe Japanse Grondwet artikel 9 opnemen: Japan mag nooit nog deelnemen aan een oorlog, en mag nooit een volwaardige land-, lucht- of zeemacht hebben.

Daarom werden de Japanese Self-Defense Forces opgericht, de Japanse Zelfverdedigingstroepen. Die zijn door Grondwetsartikel 9 beperkt in hun acties: het leger van 200.000 soldaten is eigenlijk een aanhangsel van de nationale politie, en mogen enkel humanitair optreden. Dat wil zeggen dat Japanse soldaten wel mogen deel uitmaken van vredesoperaties zoals in Cambodja, Djibouti of Irak, en hulpmissies zoals na de aardbeving in Haïti.

Meer macht

Toch lijkt een verdere uitbouw van het Japanse leger, om op termijn echt aan aanvals- of beschermingsmissies te kunnen deelnemen, steeds waarschijnlijker. Shinzo Abe, premier van Japan in 2006-2007, en opnieuw van 2012 tot 2020, hield er een vrij losse naleving van artikel 9 op na. Hij was tijdens zijn tweede regeerperiode aanhanger van het meer nationalistische idee dat artikel 9 van tafel wil vegen: Japan en de VS zijn ondertussen bondgenoten, dus elke vrees voor een herhaling van het conflict tachtig jaar geleden zou ongegrond zijn.

Hij stelde een amendement voor, dat bepaalde dat Japan militaire steun mocht leveren, indien een bondgenoot werd aangevallen. Het amendement kende zijn voor- en tegenstanders: vooral China en Zuid-Korea waren gekant tegen een uitbreiding van de macht van de Japanse Zelfverdedigingstroepen, maar ook in eigen land waren er veel pacifisten die een sterkere legermacht niet kunnen smaken.

In de Aziatische eilandstaat braken protesten uit nadat het Lagerhuis (de Japanse Kamer van Volksvertegenwoordigers) de wet aannam. De protesten boden echter geen soelaas: na drie dagen waarin tienduizenden Japanners de straat op kwamen, keurde ook het Hogerhuis (dat nieuwe wetten toetst aan de Grondwet) het voorstel goed.

VS grijpt niet in

Toch kan de vraag gesteld worden waarom de VS niet ingrijpt. Het zijn tenslotte zij die de inperking van de macht van het leger in de nieuwe Japanse grondwet lieten verankeren. Nu is de situatie compleet anders: de ‘slechten’ tijdens de beide wereldoorlogen zijn aan de geallieerde kant terechtgekomen (Duitsland, Japan, Italië,…). Ondertussen vormen andere landen, zoals Rusland en China, een meer reële dreiging. Net daarom grijpt de VS niet in.

Ook zij zijn er namelijk bij gebaat dat de macht van China over de Stille Oceaan wordt ingeperkt: zelf werkt het aan een gordijn om China achter te verstoppen. Daarvoor is de hulp van Japan noodzakelijk.

Ze werken aan een soort schild, dat zich uitstrekt langs de volledige oostkust van China, van Japan tot de Filipijnen. In het noorden ligt Japan, waar de VS sinds de overgave in 1945 permanent aanwezig is. Desondanks lijkt ook een versterking van het Japanse leger in het voordeel van de Amerikanen uit de draaien. Op het zuidelijkste eiland van Japan, Okinawa, zijn momenteel nog 26.000 Amerikaanse militairen gelegerd. Om de macht van China verder te kunnen inperken, kijkt de VS nu naar de uitbouw van het Japanse leger voor extra steun.

(lp)

Meer