Duitslands grootste financiële instelling, de Deutsche Bank, is tot over haar oren geïnvesteerd in Trumps vastgoedimperium en had alle reden om zijn verkiezing toe te juichen. Maar bijna 5 maanden na zijn overwinning, zit men in Frankfurt met de handen in het haar.
Deutsche Bank leende Trump sinds 1998 zo’n 2,5 miljard dollar
Vele banken weigerden de vastgoedmagnaat nog geld te lenen vanwege zijn veelvuldige faillissementen en financiële problemen, maar Deutsche Bank bleef hem altijd trouw en leende hem sinds 1998 zo’n 2,5 miljard dollar.
364 miljoen dollar van dat bedrag werden de voorbije jaren geïnvesteerd in de Trump Doral Golf Club in Miami en in Trump Hotels in Chicago en Washington.
Maar een klein detail in deze leningen bezorgt de Deutsche Bank nu hoofdpijn, schrijft American Banker: de president zelf heeft zich met zijn persoonlijk fortuin borg gesteld voor 300 miljoen dollar van het geleende bedrag.
Wat indien Trump straks zijn schulden niet kan terugbetalen?
De schulden worden vandaag netjes terugbetaald, maar mocht dat niet het geval zijn dan kan de Deutsche Bank dus beslag laten leggen op Trumps eigendommen.
Vraag is wat de persoonlijke garantie van een president dan wel waard is? Gaat een bank achter de persoonlijke eigendommen van de president van de VS aan wanneer die zijn financiële verplichtingen niet voldoet? En als je dat niet doet, zal je er dan niet van worden verdacht op een andere manier de opgelopen schade te recupereren door de president – achter gesloten deuren – om gunsten te vragen?
On dit alles nog complexer te maken loopt bij het Amerikaanse ministerie van Justitie nog een onderzoek naar Deutsche Bank, omdat die naliet om financiële transacties van een reeks rijke Russen te melden die 10 miljard dollar uit Rusland wegsluisden.
Niet dat daar sprake is van enige link met de president, maar het feit dat het departement van Justitie, dat het onderzoek leidt, aan Trump rapporteert – wiens belangrijkste schuldeiser net Deutsche Bank is – maakt de zaken er zeker niet makkelijker op.
[media-credit name=”Brendan Smialowski / AFP” align=”aligncenter” width=”1024″][/media-credit]