Werken tot de dood… het toekomstbeeld van 1 op 10 millennials

Het optrekken van de pensioenleeftijd en de vele politieke discussies over het gat in de pensioenkassen wordt door veel jongvolwassenen blijkbaar als een signaal gezien dat hun pensioen niet langer gegarandeerd is.

In Groot-Brittannië en Nederland gelooft 12% van de millennials (de 20- tot 34-jarigen) zelfs dat ze tot aan hun overlijden zullen moeten werken om te kunnen overleven. Overal ter wereld verwachten jongeren dat ze langer zullen moeten doorwerken dan hun ouders.

Uitzendbureau Manpower ondervroeg jongvolwassenen in 18 landen over hun verwachtingen rond werk en pensioen. De resultaten daarvan suggereren dat de jongste generatie werknemers behoorlijk pessimistisch is over de toekomst.

1 op 3 denkt tot zijn 70ste aan de slag te moeten blijven

Uit de cijfers blijkt alvast dat 12 procent van de Britse en ook Nederlandse jongeren gelooft dat ze tot aan de dood zullen moeten werken. In China gaat het om 18% van de ondervraagden en in Japan is zelfs 37% daarvan overtuigd. Het EU-land dat het slechtst scoort is niet verwonderlijk Griekenland, met 15%.

Globaal is 12% van de millennials er zeker van nooit met pensioen te kunnen gaan.

Eén op de drie Britten verklaarde te verwachten tot aan hun 70ste te zullen moeten werken. In Groot-Brittannië wordt de pensioenleeftijd tegen 2046 opgetrokken tot 68.

[media-credit name=”© Manpower” align=”aligncenter” width=”1024″]Screenshot 2016-07-20 08.54.15[/media-credit]

Bijna nergens werken millennials minder dan 40 uur per week

Indische jongeren werken met 52 uur per week het hardst, zo bleek nog uit de enquête. De Griekse jongeren werken gemiddeld 47 uur per week, de Franse 44 uur, de Nederlandse 42 uur en de Britse 41 uur. Wereldwijd werken meer dan acht op de tien jongeren meer dan 40 uur per week.

[media-credit name=”© Manpower” align=”aligncenter” width=”1024″]Screenshot 2016-07-20 08.55.33[/media-credit]

Armer dan hun ouders

Uit een rapport van managementconsultant McKinsey blijkt ondertussen vooral de angst dat jongeren armer zullen zijn dan hun ouders. Zo wordt opgemerkt dat ’tussen 2005 en 2014, de reële inkomens van 65 tot 70% van de gezinnen in de 25 rijkste economieën ““ waaronder België en Nederland ““ stagneerden of daalden. In totaal gaat het om 540 à 580 miljoen gezinnen.’

Hardst getroffen zijn de jongeren en de lager opgeleiden.

In Italië gaat het om ruim 97% van de gezinnen, in de VS om 81% en in het VK om 70%.