Uit nieuw onderzoek blijkt de ontbossing wereldwijd versnelt door de verspreiding van het coronavirus. De pandemie dwingt mensen in ontwikkelingslanden om de natuur aan te wenden voor hun levensonderhoud. Tegelijkertijd worden overheidsmiddelen opgeslokt door de reactie op Covid-19, waardoor bosgebieden onbeschermd blijven en kwetsbaar zijn voor illegale kap.
In Azië, Afrika en Latijns-Amerika worden bossen in een alarmerend tempo met de grond gelijk gemaakt. Bovendien zijn er veel aanwijzingen dat de toename van ontbossing direct gelinkt is aan de Covid-19-pandemie. De organisatie Global Land Analysis and Discovery (GLAD) rapporteert 77 procent meer verwittigingen van bosverlies sinds het virus zich begon te verspreiden over de planeet. GLAD is verbonden aan de universiteit van Maryland, en werd mede ontwikkeld door Google. Het is een systeem om het verlies van boombedekking te monitoren in real-time.
Ontbossing
Het gedetecteerde verlies aan bomen kan niet altijd met zekerheid toegeschreven worden aan ontbossing en illegale houtkap, maar het is een uitstekende indicator van hoe het aardoppervlak evolueert.
De data van GLAD suggereert volgens milieuorganisatie WWF een sterke toename van de ontbossing in Afrika en Azië in de eerste zes maanden van het jaar. Wereldwijd zou het gaan om een stijging van minstens 50 procent.
Uit gegevens van een Braziliaans overheidsinstantie blijkt dat er in diezelfde periode 35 procent meer bosgebied werd vrijgemaakt voor industrie en landbouw in het land, schrijft de Financial Times. Tussen augustus 2019 en juli 2020 moest in Brazilië een bosgebied ter grootte van Cyprus plaats maken voor mijnbouw, landbewerking en de houtindustrie.
Pandemie als dekmantel
Tijdens de lockdowns had de landelijke bevolking in die werelddelen het vaak moeilijk om op school of op het werk te geraken, volgens het WWF. Velen zijn overgestapt op het kappen van bomen om plaats te maken voor gewassen en voor de verkoop van hout.
Dat is volgens de milieuorganisatie ook het geval in Nepal. Daar is de illegale houtkap tijdens de eerste maand van de lokale lockdown met maar liefst 227 procent gestegen, volgens onderzoek van het WWF.
De organisatie vermoedt dat bedrijven op verschillende plaatsen in de wereld de pandemie bewust aanwenden om ongestraft te ontbossen. Overheidsinstanties hebben het moeilijk om afgelegen plaatsen te bewaken door de isolatiemaatregelen. Bovendien worden veel middelen ingezet om het virus te bestrijden, en is er minder aandacht voor natuurbescherming.
Door de vernietiging van bossen op industriële schaal komen grote hoeveelheden opgeslagen koolstofdioxide vrij in de lucht, en dat verwarmt de atmosfeer. Bovendien is er steeds meer wetenschappelijk bewijs dat ontbossing, en de ontwrichting van ecosystemen, in verband staat met uitbraken van infectieziekten zoals Covid-19.