Een statistische studie van een miljoen voetbalmatchen van 1901 tot nu levert een aantal interessante inzichten op. De Nederlandse blogger Steeph noemt er een aantal op op Sargasso.nl.
- Het gemiddelde aantal goals per wedstrijd is 2,77.
- 1-1 is de meest voorkomende score en was het eindresultaat in 11% van de gevallen. Daarna volgt 1-0, 2-1, 0-0, 2-0 en 0-1. De helft van alle wedstrijden eindigt op een van deze zes scores.
- Enkele opmerkelijke scores: 0-31 in de match tussen de IJslandse teams Snæfell en Haukar. 24-0 voor Levadia tegen FC Soccernet in Estland. Denemarken versloeg Frankrijk in 1908 met 17-1. San Rafael verloor van Atlético Madrid met 1-19.
- Tussen 1901 en 1960 schommelde het gemiddelde aantal goals per match voor de topdivisies vrij hevig. Na 1960 stabiliseerde de trend zich rond ongeveer 2,65 goals per wedstrijd.
- Een studie van het gemiddelde aantal goals per wedstrijd sinds 1946 toont aan dat het thuisvoordeel minder belangrijk wordt (in de jaren 1950-1960 schommelde het voordeel rond de 0,75 extra goals, nu rond de 0,4)
- Het zuidelijk halfrond had met Brazilië en Argentinië ooit de meeste en beste topscoorders, maar de voorbije vijftien jaar is het noordelijk halfrond gemiddeld meer goals beginnen scoren.
- Noordelijke voetbalploegen scoren meer goals in de zomer.
- Ploegen uit Liechtenstein, Andorra en Estland scoren gemiddeld het meeste goals per wedstrijd (respectievelijk 4,85; 3,96 en 3,64). België staat op de 24ste plaats met gemiddeld 2,97 goals per match. Marokkaanse ploegen scoren het minst met gemiddeld 1,78 goals per match.
- Het stadium waar gemiddeld de meeste goals worden gescoord is het Centre Esportiu d’Alàs in Andorra met 4,46 goals per wedstrijd sinds het jaar 2000.