Terwijl een stijgende rente een steeds grotere rem zet op de economische groei in de westerse
wereld, zitten de groeiverwachtingen voor China juist duidelijk in de lift. Voorlopig komt dat echter
niet tot uitdrukking in een duurdere renminbi.
Afgelopen dinsdag heeft het Internationaal Monetair Fonds (IMF) de groeiprognose voor de
wereldeconomie wat scherper gesteld. Voor het lopende jaar rekent de organisatie op een groei van
2,8 procent en voor 2024 is dat 3,0 procent. Die percentages liggen net iets lager dan de
groeiramingen van begin dit jaar. De bijstelling wordt veroorzaakt doordat de stijgende rente en de
onrust in de banksector. Het IMF-rapport herbergt gelukkig ook een lichtpuntje: de economie van
China zit weer in de lift.
Groeidoel: 5 procent
Het land heeft zich voor 2023 een groeidoel van 5 procent gesteld. Vlak na de jaarwisseling zou China
de lat daarmee behoorlijk hoog hebben gelegd. De laatste tijd komen er echter steeds meer
aanwijzingen dat het tempo zelfs nog een stukje hoger ligt. De Caixin Service PMI die de activiteit in
de dienstensector meet, kwam over maart uit op 57,8 procent. Dat is het hoogste niveau sinds
november 2020. Ook de winkeluitgaven zitten in de lift, wat aangeeft dat de Chinese bevolking een
flinke inhaalslag maakt na het opheffen van de coronamaatregelen eind vorig jaar.
Positieve signalen
Op basis van de positieve signalen hebben verschillende zakenbanken de groeischatting al
opgeschroefd. Het Zwitserse UBS stelde het verwachte groeitempo bij van 4,9 naar 5,4 procent.
Morgan Stanley rekent zelfs op een groei van 5,7 procent. Volgende week dinsdag 18 april licht China
een tipje van de sluier op met de publicatie van het bbp-rapport over het eerste kwartaal.
Ondertussen gaat het land hard door met pogingen om een grotere rol af te dwingen voor de
renminbi op het wereldtoneel.
Afrekenen in renminbi
Een goed voorbeeld is de wijze waarop China in dit opzicht handig gebruik maakt van de
internationale isolatie van Rusland. De handel tussen beide landen bereikte vorig jaar een
recordniveau van bijna 190 miljard euro. Het grootste deel daarvan werd afgerekend in renminbi of
roebels. Ook in Latijns-Amerika krijgt de munt een voet tussen de deur. Momenteel is de Braziliaanse
president Luiz Ignazio Lula da Silva op visite in Peking. Brazilië accepteert sinds kort ook
handelsbetalingen en investeringen in renminbi. Vorig jaar werd al bekend dat China met enkele
golfstaten in onderhandeling is om olieleveringen in de eigen valuta af te rekenen.
Renminbi zorgt niet voor vuurwerk
Ondanks de symbolische successen, is de renminbi is betrokken bij minder dan 3 procent van alle
valutatransacties. En ondanks de goede economische vooruitzichten, mag er ook qua koerspotentieel
geen vuurwerk verwacht worden van de renminbi. Door de afkoelende wereldeconomie vlakt de
exportgroei af, terwijl de import juist toeneemt door het opbloeien van de binnenlandse economie.
Per saldo wordt de buitenlandse vraag naar renminbi wat minder groot. Ook het vooruitzicht van een
mogelijke renteverlaging in de tweede jaarhelft doet het koersverloop geen goed. Voorlopig is 2023
dan ook een aanzienlijk beter jaar voor de Chinese economie dan voor de munt van het land.
Joost Derks is valutaspecialist bij iBanFirst. Hij heeft ruim twintig jaar ervaring in de valutawereld.
Deze column geeft zijn persoonlijke mening weer en is niet bedoeld als professioneel
(beleggings)advies.