Key takeaways
- De Arbeidspartij (Arbeiderpartiet) is de winnaar geworden van de verkiezingen in Noorwegen, ondanks een golf van rechts-populisme.
- De Vooruitgangspartij (Fremskrittspartiet) zag een aanzienlijke groei, vooral onder jonge mannelijke kiezers. Daardoor wordt de partij door sommige analisten omschrijven als een “Maga-ficatie” van de Noorse politiek.
- De overwinning van de Arbeiderspartij overtrof de voorspellingen en kwam na een moeilijke campagne, gekenmerkt door kritiek op de investeringen van de regering in Israël uit het Noorse oliefonds.
De Noorse Arbeiderspartij heeft een nieuwe termijn in de regering gekregen na zeer nipte verkiezingen die werden gekenmerkt door een toename van de steun van rechts-populistische partijen. Nadat de aanvankelijke prognoses wezen op een close race, waarbij de centrumlinkse coalitie 89 zetels zou winnen tegen centrumrechts 80, bevestigden de definitieve resultaten de overwinning van de Arbeiderspartij.
De Arbeiderspartij zelf wint enkele zetels en is de grootste met 28,2 procent. De Vooruitgangpartij is dan weer de grootste stijger. Zij verdubbelen hun aantal kiezers en komen uit op 23,9 procent. Grote verliezers zijn de Conservatieven (-5,7 procent) en de Landbouwerspartij (-7,9 procent).
Belangrijkste onderwerpen
Minister-president Jonas Gahr Støre, leider van de Arbeiderspartij, vierde de overwinning als een bewijs van het vermogen van de sociaaldemocratie om te gedijen, zelfs in een klimaat van wereldwijd toenemend rechts sentiment. Tijdens de verkiezingscampagne is intens gedebatteerd over belangrijke kwesties zoals de kosten van levensonderhoud, vermogensbelasting, de investering van het Noorse oliefonds in Israël en de betrekkingen met de president Donald Trump.
De campagne is niet zonder uitdagingen geweest voor de Arbeiderspartij. Ze kregen kritiek te verduren over de manier waarop de regering is omgegaan met de investeringen van het Noorse oliefonds in Israël. Dit zou de onderhandelingen met de kleinere linkse partijen, die nodig zijn om een stabiele regering te vormen, kunnen bemoeilijken. De wederopstanding van de Arbeiderspartij is echter geprezen als een opmerkelijke comeback, waarmee de voorspellingen van haar ondergang een jaar geleden niet zijn uitgekomen.
Vooruitgangspartij
Een opmerkelijke trend in Noorwegen was de aanzienlijke groei van de steun voor de Vooruitgangspartij, vooral onder jonge mannelijke kiezers. Deze stijging is door sommige analisten toegeschreven aan een “Maga-ficatie” van de Noorse politiek. Hoewel Progress-partijleider Sylvi Listhaug naar voren is gekomen als een potentiële kandidaat voor het premierschap in een rechts overwinningsscenario, lijkt de herverkiezing van Støre verzekerd.
Ondertussen gaf Erna Solberg, leider van de Conservatieve partij, haar nederlaag toe en nam de verantwoordelijkheid voor de tegenslag op zich. Sylvi Listhaug, die er niet in slaagde een meerderheid voor haar partij te behalen, zei dat ze blij was dat ze de verwachtingen van de peilingen had overtroffen en beschouwde het toch als een overwinning.
Recordopkomst
De verkiezing is gekenmerkt door een recordopkomst bij de vroege stemmingen, waarbij de meeste stemmen al geteld waren tegen de tijd dat de stembureaus sloten. De overwinning van centrumlinks in Noorwegen staat in contrast met die van de Scandinavische buurlanden Zweden en Finland, die beide geregeerd worden door rechtse coalities.
Wil je toegang tot alle artikelen, geniet tijdelijk van onze promo en abonneer je hier!

