Tutsi-mannen sprongen makkelijk 2,5 meter hoog tijdens hun eigen ontgroeningsceremonie; Australische aboriginals liepen de 100 en 200 meter in een tijd die Usaín Bolt zou doen verbleken… Wie denkt dat de recente reeks wereldrecords op de korte loopnummers een gevolg is van een de geboorte van een nieuwe generatie uitzonderlijke atleten, zou wel eens bedrogen kunnen uitkomen. De Australische antropoloog Peter McAllister denkt dat de hedendaagse sprinters een beklagenswaardig specimen is vergeleken met zijn voorvaderen. Die mannen liepen sneller, sprongen verder en konden verder wandelen dan eender welke hedendaagse Olympische kampioenen. Hij bewijst deze stelling aan de hand van fossiele voetafdrukken die hij op de bodem van een aantal Australische meren vond. Daaruit concludeert hij dat deze mannen hun prooi achtervolgden in slijkerige waterbodems en daarbij ongeveer even snel liepen als Usain Bolt dat op een atletiekpiste doet. Overblijfselen van vrouwelijke Neanderthalers geven aan dat hun spiermassa die van huidige mannelijke atleten overtreft. Sterker nog: Arnold Schwarzenegger zou in zijn beste dagen waarschijnlijk geen partij zijn geweest voor een doorsnee Neanderthaler-vrouw. Ook roeiers uit het oude Athene zouden de hedendaagse roeiers zowat hebben weggeblazen.
‘Eigenlijk zijn wij de meest beklagenswaardige soort Homo Sapiens die ooit op de planeet heeft rondgelopen‘, schrijft McAllister in zijn boek ‘The Science of the Inadequate Modern Male.’ Dat is volgens de auteur het gevolg van de industriële revolutie, die de fysieke eisen aan het menselijk lichaam dramatisch heeft doen afnemen. Als gevolg daarvan is onze lichaamsbouw gewijzigd en onze spiermassa afgenomen. McAllister geeft toe dat hij niet terug naar de Neanderthalerperiode zou willen terugkeren voor de armworstelwedstrijden, maar er zijn wel een hoop zaken waar hedendaagse atleten hun voordeel mee zouden kunnen doen.