Nu het Belgische begrotingstekort in 2020 nog verder zal ontsporen, roert ook werkgeversorganisatie Unizo zich in de discussie. ‘Het wordt tijd dat we lopende zaken in strikte zin toepassen’, stelde topman Danny Van Assche vrijdag in ‘De ochtend’ op Radio 1.

Donderdag bleek dat het begrotingstekort dit jaar zal oplopen tot 12,3 miljard euro of 2,5 procent van het bruto binnenlands product. Dat stelt het Planbureau in nieuwe ramingen. Het is opnieuw een serieuze tegenvaller voor de regering-Michel. Vorige week raakte nog bekend dat de Belgische begroting 2019 afsloot met een tekort van 1,85 procent, oftewel dubbel zoveel als voorzien door de federale regering.

Noodbegroting maat voor niks

Sinds de val van de regering in december 2018 is de federale overheid veroordeeld tot een noodbegroting op basis van voorlopige twaalfden. Maar dat werkt niet, vindt Van Assche. ‘Het fabeltje dat een begroting in lopende zaken niet verder ontspoort, kan nu wel de vuilnisbak in. De kraan lekt en dat lek wordt elke dag groter. Er is niemand die er iets aan doet.’

Van Assche wijst op de Verenigde Staten, waar de overheid in een gelijkaardige context in shutdown zou verkeren. ‘Daar pleit ik niet voor, want het land moet blijven draaien’, zegt hij. Pensioenen mogen uitbetaald worden, maar andere uitgaven moeten beperkt blijven, vindt de topman. Hij pleit ook voor een aanwervingsstop bij de overheid, in tijden van lopende zaken.

Witte woede

‘Vorige week besliste de ministerraad om een fregat uit te sturen voor een NAVO-oefening. Dat zou niet mogen omdat er geen regering en geen geld is. Hetzelfde met officiële reizen. De premier is vandaag in Congo, maar waarom zou ze dat in lopende zaken moeten doen?’, vraagt Van Assche zich af.

Niet enkel de regering krijgt een veeg uit de pan, want ook het parlement heeft boter op het hoofd. Zo haalt de topman nog het voorbeeld aan waarbij de oppositiepartijen eind vorig jaar extra budget voor de aanwerving van verpleegkundigen goedkeurden. ‘Ook dat illustreert dat lopende zaken geen systeem is om twee jaar mee te werken’, zegt Van Assche.