E-mail is het symbool voor de ultrasnelle communicatie van de digitale 21e eeuw. Maar ondertussen is het vooral een vervelende tijdrover geworden. Steeds meer bedrijven proberen daarom e-mail van de werkvloer te verbannen. Zowel de productiviteit als het welzijn van de werknemer zouden daar baat bij hebben.
Het Franse IT-bedrijf Atos was één van de eerste grote ondernemingen die aankondigde e-mailverkeer volledig te bannen. Volgend jaar denkt het bedrijf dat doel te bereiken. En Atos krijgt navolging. Overal ter wereld kondigen bedrijven programma’s aan om het personeel te leren werken zonder mails. In Groot-Brittannië startte woonmaatschappij Halton Housing bijvoorbeeld een tweejarig anti-e-mailprogramma, nadat bleek dat z’n personeel 40 procent van de werktijd besteedde aan het verwerken van interne mails.
Ook bij vastgoedbeheerder Procure Plus leert het personeel ondertussen maandelijks wie de grootste mailers onder hun collega’s zijn, hoe ze op betere manieren kunnen communiceren en hoe ze ‘CC’ en ‘BCC’-ontvangers in hun mails zoveel mogelijk moeten beperken. Bij Volkswagen gaat de e-mailserver elke dag om 17.30u plat en Daimler stuurt z’n personeel geen mails terwijl ze op vakantie zijn.
Het probleem is dat mensen ervan overtuigd zijn dat e-mails verwerken een nuttige bezigheid is, denkt professor management David Burkus van de Oral Roberts-universiteit in Oklahoma.
“Je inbox schoonmaken geeft je een ultra-productief gevoel, maar tenzij je job enkel bestaat uit het verwijderen van emails hou je jezelf gewoon voor de gek.”