Athena, een Amerikaanse startup, wil mensen die geen miljardair zijn helpen investeren in de globale kunstmarkt. Het bedrijf richt een investeringsfonds op voor een globale markt waarin jaarlijks voor 64 miljard dollar aan kunstwerken van eigenaar wisselt.
De startup wil big data en algoritmes inzetten om betrouwbare returns voor haar klanten te genereren. Dat betekent dat niet enkel rekening wordt gehouden met ‘het oog van de kenner’, maar dat ook zaken als het overige werk van de kunstenaar, het jaar waarin het werk op de markt kwam en de resultaten die de artiest op eerdere veilingen haalde, in de berekening zullen worden opgenomen.
Een kwantitatieve strategie voor investeren in kunst
Het bedrijf spreekt van een ‘kwantitatieve strategie voor de kunstmarkt,’ waarbij stukken worden verdeeld over verschillende investeringsfondsen, net zoals traditionele investeringsfondsen dat doen.
Volgens oprichter Madelaine D’Angelo is kunst ‘een alternatieve investeringsklasse geworden die kampt met de hoogste ‘barrier to entry’, maar ook de hoogste historische returns laat opetekenen’. Het is met andere woorden een zeer sterke investering op langere termijn (de index voor kunstwerken die op veilingen worden verkocht biedt dan ook een jaarlijkse opbrengst van 10%, vergeleken met 8 Ã 9% voor de Dow Jones). Probleem is dat de meeste werken peperduur zijn (Picasso’s “Femme d’Alger“ werd in 2015 verkocht voor 179 miljoen dollar).
Hoe gaat het in zijn werk?
Arthena gebruikt geld van investeerders om stukken aan te kopen en geeft hen een deel van de winst die wordt gemaakt bij de verkoop.
Het bedrijf maakt zich sterk dat sommige stukken nog binnen het jaar aankoop terug kunnen worden verkocht, maar ook dat andere stukken verschillende jaren in portefeuille blijven, naargelang de marktomstandigheden, liquiditeit en algemene trends in de kunstwereld. Of daarbij returns van 20% kunnen worden gerealiseerd blijft afwachten; het bedrijf wil in een eerste tijd ook ‘gewone mensen’ in kunst laten investeren.