Recticel kan zijn afdeling auto-interieurs gedeeltelijk verkopen. De Belgische schuimrubberfabrikant kondigt een deal met Duitsers om een joint venture op poten te zetten.
De verkoop van de divisie Automotive sleept al een hele tijd aan. Al in 2018 hoopte het bedrijf een verkoop te regelen. In februari klonk het nog dat het coronavirus een verkoop vertraagde. Hoewel het virus nog niet is verdreven, heeft Recticel nu toch een deal gemaakt. De afdeling wordt ondergebracht in een joint venture, waarvan 51 procent in handen komt van Admetos, een Duitse investeringsmaatschappij. Recticel blijft eigenaar van 49 procent.
In de deal is ook afgesproken dat Admetos vanaf maart 2024 de mogelijkheid krijgt om de hele joint venture in te lijven. Omgekeerd kan Recticel dan beslissen om te verkopen. De prijsberekening is vooraf afgesproken. De divisie stelt 1.400 mensen te werken, heeft fabrieken in China, Tsjechië, Duitsland en de Verenigde Staten én genereerde vorig jaar een omzet van 183,5 miljoen euro.
Groeistrategie
Daarnaast heeft Recticel ook een bindende overeenkomst bereikt met het Oostenrijkse Greiner om zijn participatie van 50 procent in de joint venture Eurofoam te verkopen. Die samenwerking bestond sinds 1992 om soepelschuimactiviteiten te ontwikkelen in Oost-Europa. Eurofoam heeft zijn hoofdkantoor in Wenen en heeft 2.300 mensen in dienst.
Beide transacties zullen wellicht in de loop van het tweede kwartaal worden afgesloten. Op de Automotive Interiors-verkoop boekt Recticel een verlies, maar na afronding van de twee deals blijft er een netto-meerwaarde van circa 85 miljoen euro over. Recticel komt naar eigen zeggen in een solide financiële positie om haar ‘strategische expansie optimaal te sturen’.
CEO Olivier Chapelle spreekt van ‘essentiële en transformerende stappen’, die de uitvoering van een groeistrategie mogelijk maken. Recticel kan zich nu gaan toeleggen op wat overblijft: een beperktere productie van soepelschuim, een divisie slaapcomfort met matrassen en lattenbodems, en een afdeling isolatiematerialen.
