Na de dood van een Palestijn die voor een Belgische organisatie werkte, waren de politieke reacties niet mals. De Israëlische ambassadeur verklaarde vervolgens wel waarom Israël een huis bombardeerde.
- Eén lange en beklijvende minuut stilte in de Kamer, dat kreeg Abdallah Nabhan, een 33-jarige Palestijn die werkte voor het Belgische Enabel in Gaza. Hij en zijn familie verbleven in een huis in Gaza, waar een luchtaanval van het Israëlisch leger op volgde. Ook zijn 7-jarig zoontje en andere familieleden stierven.
- Minister van Ontwikkelingssamenwerking Caroline Gennez (Vooruit) wees in de Kamer op de “verpletterende verantwoordelijkheid” die de Israëlische regering volgens haar heeft, door hulpverleners niet de toestemming te geven om het land te verlaten. Nabhan en zijn gezin stonden op een lijst om geëvacueerd te worden, een lijst die “vier maanden geleden al aan de Israëlische autoriteiten werd bezorgd”.
- Ook premier Alexander De Croo (Open Vld) uitte stevige kritiek op de Israëlische aanval. “Het bombarderen van hulpverleners is iets wat men absoluut moet vermijden. Elke dag opnieuw worden onschuldige burgers gedood”. Hij lanceerde een niet mis te verstane oproep: “Beste Israëlische regering, dit moet stoppen. Nu, onmiddellijk. De democratie staat of valt met het respect voor de rechtsstaat.”
- De Iraëlische ambassadeur Idit Rosenzweig-Abu werd formeel op het matje geroepen. Zij lichtte in een gesprek met Gennez en minister van Buitenlandse Zaken Hadja Lahbib (MR) wel toe waarom het leger overgegaan was tot de aanval: “Het huis waarin het gezin verbleef, behoorde toe aan een ‘centrale senior Hamas-operative’ (die lid was van de uitgebreide familie van de Enabel-werknemer). Die Hamas-operative was het doelwit van de luchtaanval.”
- Rosenzweig-Abu zei elke aanval op onschuldige burgers te betreuren. Ze verzekerde de ministers dat het onderzoek naar de luchtaanval nog loopt en dat ze verdere informatie zal doorgeven.
- De regering blijft overigens dansen op een slappe koord over Palestina, en de “onmiddellijke erkenning van de Palestijnse staat”: in de Kamer drongen PS, Ecolo, Groen, Vooruit, cd&v en zelfs een beetje Open Vld daar op aan. Maar in de regering zijn De Croo en de MR iets realistischer: zonder een gezamenlijk Europees initiatief levert dat weinig op. En bovendien, met wie moet dan gewerkt worden in die ‘erkende Palestijnse staat’: met Hamas kan niet gepraat worden.
- Maar ook daar is de druk van de PVDA huizenhoog, en is er een flink opbod bezig in de kiescampagne. Tegelijk blijft er ook bijzonder veel media-aandacht komen voor het conflict.