De inhoud van populaire song en de trends in de hitlijsten blijken een uitstekend instrument om de gezondheid van de economie te meten. Dat is de conclusie van een onderzoek van wetenschappers aan de Claremont Graduate University in de Amerikaanse staat van Californië naar de muziekvoorkeuren die bij het brede publiek konden worden opgetekend in de periode rond de wereldwijde economische crisis tien jaar geleden.
Economen erkennen dat muziekvoorkeuren tegenover traditionele enquêtes voor trendonderzoek bij de bevolking een cruciaal voordeel kunnen bieden. Enquêtes baseren zich immers louter op verklaringen van de ondervraagden, die vaak subjectief blijken, terwijl de hitlijsten een concrete neerslag zijn van het reële gedrag.
Rentetarieven
Recent nog gaf Andy Haldane, hoofdeconoom van de Bank of England, zijn collega’s de raad om bij de overwegingen rond beleidsbeslissingen – zoals veranderingen in de rentetarieven – de muzikale stemming bij de bevolking van het land te onderzoeken.
“De mens blijkt immers zijn gemoedstoestand ook in zijn muziekvoorkeuren te vertalen,” zegt onderzoeksleider Hisam Sabouni, professor economie aan de Claremont Graduate University. “Dat geldt ook voor het economisch sentiment, dat door gedragseconomen kan worden gebruikt om de gevolgen van een aantal beleidsbeslissingen in te schatten.”
Wanneer bij de algemene bevolking een pessimistische visie over de dagelijkse levensomstandigheden heerst, zou bijvoorbeeld een verhoging van de rente veel consumenten kunnen aanzetten om hun bestedingen in te perken, waardoor de economie zou kunnen worden geschaad.
Al enkele tijd wordt het economisch sentiment gemeten aan de hand van onder meer het taalgebruik in grote aantallen online nieuwsverhalen en de berichten op Twitter, maar het onderzoek van Hisam Sabouni toonde dat gelijkaardige informatie kan worden teruggevonden in de hitlijsten en online muziekplatformen.
Angst en woede
Bovendien blijken de indicatoren die in muziekvoorkeuren kunnen worden teruggevonden, minstens even nuttig als de resultaten van conventionele enquêtes rond het consumentenvertrouwen. “Populaire muziek blijkt immers een emotionele component te omvatten waarmee iedereen zich kan identificeren,” aldus professor Sabouni.
Deze emotionele component kan volgens de onderzoekers uit een aantal karakteristieken – zoals energie, tempo en volume – worden afgelezen. Online muziekservices zoals Spotify gebruiken dit principe al om songs te catalogeren en aan hun gebruikers nieuwe muziek aan te bevelen op basis van vergelijkbare nummers die eerder al werden beluisterd.
Uit het onderzoek van professor Sabouni bleek dat de positiviteit en de energie van de meest populaire songs sinds het begin van de eeuw een dalende trend vertoonden. Tempo en volume zouden daarentegen relatief stabiel zijn gebleven. Opmerkelijk was anderzijds dat de dansbaarheid toenam.
Songs die gevoelens zoals afkeer, verdriet, angst en woede weerspiegelen, bleken tijdens de piek van de economische crisis op het einde van het voorbije decennium eveneens een hoogtepunt te laten optekenen, om daarna geleidelijk in intensiteit af te nemen. “Hieruit kan worden afgeleid dat de consumenten hun actuele gevoelens projecteren in de muziekkeuzes die worden gemaakt,” zeggen de onderzoekers.
Andy Haldane merkt nog op dat dit systeem nog verder zou kunnen worden uitgebreid. “Ook de keuzes van boeken, televisieprogramma’s en zelfs online games zouden een beeld kunnen schetsen over de gevoelens van het publiek,” aldus de hoofdeconoom van de Britse nationale bank.