Het was voor de Europese Centrale Bank geen goed idee geweest om nu al tot verkrappend monetair beleid over te gaan als reactie op de hoge inflatie, verklaarde gouverneur Pierre Wunsch bij de presentatie van het jaarverslag van de Nationale Bank. “Dat zou een recessie veroorzaken, en dat kan niet de bedoeling zijn.”
Als ECB-lid steunt Wunsch luidop de wait-and-see-aanpak van voorzitter Christine Lagarde. “Laat ons even afwachten hoe de inflatie richting najaar evolueert, en niet overhaast tot renteverhogingen of verkrappend beleid overgaan”, zo is hun standpunt samen te vatten.
Wunsch pleit voor een geleidelijke overgang naar een “neutraal” monetair beleid, wat betekent dat de ECB niet meer op het gaspedaal, maar ook niet op de rem, gaat staan. Ook de regeringen, die de voorbije jaren talrijke coronasteunmaatregelen voor bedrijven en burgers in het leven riepen, moeten volgens hem evolueren van een stimulerend naar een meer neutraal beleid.
“Het is tijd om het vraagondersteunende economisch beleid af te bouwen. Want als we de vraagzijde van de economie blijven ondersteunen, zal dat alleen maar tot meer inflatie leiden”, legt Wunsch uit. “De massale ondersteuning van de vraag is niet meer gerechtvaardigd”, zo staat ook in het jaarverslag te lezen.
Verenigde Staten versus eurozone
Zowel in de eurozone (5,1 procent) als in de VS (7,5 procent) is de inflatie de hoogte ingeschoten. De ECB wordt door veel waarnemers verweten te weinig te doen tegen de hoge inflatie en achter de feiten aan te hollen, terwijl in de Verenigde Staten de Federal Reserve van Jerome Powell wél al duidelijk hintte op renteverhogingen.
Maar die vergelijking gaat volgens Wunsch niet op, wijzend op de ‘kerninflatie’, de inflatie zonder de energie- en voedingsprijzen. “In de VS is de kerninflatie veel hoger dan in de eurozone en ze weegt daar ook veel zwaarder door in het totale inflatiecijfer. Dat duidt erop dat in Amerika de inflatie veel ruimer verspreid is, terwijl ze in de eurozone toch vooral aan de sterk gestegen energieprijzen toe te schrijven is.”
“Als de eurozone erin zou slagen om de kerninflatie te stabiliseren op het niveau van vandaag, dan zijn we goed op weg naar een normalisering”, zegt Wunsch. “Om tot die gunstige situatie te komen, mag er wel geen loon-prijsspiraal ontstaan en mag de energie-inflatie ook niet tot ’tweede-ronde-effecten’ elders in de economie leiden.”
Grafiek: “Kerninflatie” (zonder energie en voeding) veel hoger in de VS
Geduld, geduld, geduld
“Ik ben in het kamp van diegenen die pleiten voor enig geduld”, zo is Wunsch duidelijk. Nochtans werd hij in eerdere discussies door de ECB-watchers vaak tot het kamp van de “haviken”, de voorstanders van een strak monetair beleid, gerekend.
“We zijn op amper enkele maanden tijd van een zware economische crisis in een situatie met hoge inflatie beland. We moeten een beetje geduld hebben. Als de energie-inflatie gaat dalen en er geen loon-prijsspiraal plaatsvindt, moeten we geen snelle verstrakking van het monetaire beleid doorvoeren.”
Hij wijst op een puur wiskundig effect. “Zelfs als de energieprijzen in de komende maanden zouden stabiliseren op een hoog niveau, dan leidt dat niet tot inflatie, want er is geen sprake meer van prijsverhogingen, alleen van hoge niveaus.”
In het basisscenario van Wunsch zal de inflatie vanaf 2023 stabiliseren rond 2 procent of iets hoger. “Of ongeveer het niveau dat we beogen, wat zou betekenen dat de ECB dan voor een neutraal monetair beleid kan kiezen.”
Twee visies: wie heeft gelijk?
Het jaarverslag van de Nationale Bank vat de hoogoplopende discussies over inflatie onder economen samen in twee verschillende visies.
Kamp 1: “Voor sommigen zou de opflakkering van de inflatie wel eens kunnen aanhouden als het monetair beleid niet snel genoeg reageert”, schrijft de NBB. “Volgens hen is de druk van de vraag dusdanig dat vele ondernemingen niet meer terugdeinzen om hun prijzen te verhogen. Bovendien zal de vraag verder worden aangewakkerd door het begrotingsbeleid, aangezien in tal van landen de overheid meer wil investeren in infrastructuur. De mondiale context van krapte op de arbeidsmarkten is bevorderlijk voor loonsverhogingen die nieuwe prijsstijgingen waarschijnlijker maken.”
Kamp 2: “Anderen zien de huidige inflatoire druk als fundamenteel tijdelijk van aard omdat het onevenwicht tussen vraag en aanbod nooit blijvend is. Met name de forse stijging van de energie- en grondstoffenprijzen zal geleidelijk verdwijnen door de verwachte inhaalbeweging van het aanbod op die markten. Bovendien zullen ook de logistieke knelpunten die de vervoerskosten tot astronomische hoogten deden uitschieten, niet eeuwig blijven duren.”
Het is duidelijk dat Lagarde en Wunsch zich in het tweede kamp thuisvoelen. Of ze gelijk krijgen, zullen we over enkele maanden weten.
(am)