Nederlanders zijn voor Vlamingen wat Duitsers zijn voor Nederlanders

Meestal zorgde ik ervoor dat ik rond lunchtijd in Antwerpen was. Daar had ik alle redenen voor. In het Nederlandse Terneuzen kon je als drankje bij de lunch kiezen tussen koffie, thee, een frisdrankje, melk of karnemelk. Om te eten had je de keuze uit wit en bruin fabrieksbrood. Als beleg kon je kiezen uit kaas, pindakaas en jam. En als je zin had om culinair eens flink uit je dak te gaan, was er nog de mogelijkheid tot een warme hap, zoals een kroket, een frikandel en wellicht als culinair hoogtepunt, een vettige kaassoufflé.

Daar konden ze in Antwerpen natuurlijk niet tegenop … Want naast een heel bataljon frisdranken kon je kiezen uit diverse witte en rode wijnen, verschillende soorten bieren, diverse compleet verzorgde warme maaltijden, salades, luxe broodjes in allerlei soorten en smaken, kortom te veel om op te noemen. Behalve dat ik weldra aan een nieuwe garderobe toe was, vond ik dat allemaal beslist niet onprettig.

Wat ik wel enigszins schockerend vond, was dat ik weldra vaststelde dat er bij heel wat Vlamingen behoorlijk wat negatieve gevoelens aanwezig zijn ten opzichte van de Nederlanders. Nederlanders zijn arrogant, gierig, onbeschoft, regelziek en ze bedriegen je waar je bijstaat. ‘Als hij je niet bedonderd heeft, dan is hij het vergeten’.

Meestal slaagt de gereserveerde Belg er goed in om dat voor zich te houden. Echter op recepties, wanneer het alcoholpromillage stijgt, daalt die gereserveerdheid vaak meer dan evenredig. Dan blijkt dat het beeld dat Vlamingen van Nederlanders hebben, verre van fraai is. Wat de Duitsers voor de Nederlanders zijn, zijn de Nederlanders voor de Vlamingen, zei Tom Lanoye ooit. Andersom hebben de Nederlanders ook volop vooroordelen over de Belgen. Ze zijn niet zo slim, hebben weinig lef, zijn nogal wantrouwend, slijmen (bazenpoepers), zijn onzakelijk en houden van vriendjespolitiek. Andersom zullen Vlamingen die naar Nederland komen, minder argwanend worden bejegend. Nederlanders vinden het zelfs ‘cool’ als buitenlanders naar hen toekomen. Andersom zal de Vlaming eerder naar zijn achterzak grijpen om te voelen of zijn portemonnee nog niet gerold is door die gladde Ollander …

Maar of je nu Vlaming of Hollander bent: als het om koopjes gaat dan gelden universele wetten en dat zal ook de Colruyt gedacht hebben. Maar toch werd die winkel geen succes in Nederland? Een retailspecialist had daar de volgende verklaring voor: in België brengen de ouders de kinderen massaal met de auto naar school of rijden ermee naar de supermarkt, terwijl de Nederlander zijn boodschappen vooral met de fiets doet. Die grootverpakkingen konden die Nederlanders op hun fiets niet versleept krijgen. Maar of dat de enige reden is, betwijfel ik. Veel Nederlanders vinden net als de meeste mensen boodschappen doen ook niet echt leuk, maar als het dan toch moet, graag in een winkel die gezelligheid uitstraalt. De Nederlandse successupermarkt AH (Albert Heijn) maakt van boodschappen doen een beleving. Dat kun je toch niet van de Colruyt zeggen, als je door zo’n grauwe winkel loopt waarin de levensmiddelen in industriële rekken opgeslagen liggen. Waar de plastic flappen pijnlijk tegen je benen slaan als je de koelafdeling binnenstapt.

Zelfs al is het wat goedkoper, maar in zo’n bedompte crisissfeer wil de Nederlander zijn boodschappen niet graag doen.


Bovenstaande passage komt uit het boek ‘Waarom Belgen niet kunnen voetballen en Nederlanders nooit wereldkampioen wordenvan de al twintig jaar in België wonende Nederlander Evert van Wijk.

 Er zijn meerdere boeken verschenen over de chemie tussen Nederlanders en Belgen. Daarbij werd vaak de kool en de geit gespaard. Evert van Wijk spaart niemand. En zegt ronduit waar het op staat. Van Wijk noemt zich de eerste Nederbelg die sinds de Belgische afsplitsing van Nederland in 1830 erin geslaagd is op het hoogste politieke niveau door te dringen. Zo werkte hij van 2003 tot 2007 als communicatieadviseur voor ondermeer Yves Leterme die in die periode partijvoorzitter van de CD&V was en daarna Vlaamse minister-president.

In het boek ‘Waarom Belgen niet kunnen voetballen en Nederlanders nooit wereldkampioen worden’ toetst Van Wijk alle (voor)oordelen op kritische wijze aan talloze praktijkervaringen. De Vlaamse obsessie voor het sluiten van compromissen is volgens hem de reden waarom niet Balkenende maar Van Rompuy president van Europa werd. De Nederlander is de dominee die zijn mening niet hard genoeg van de daken kan schreeuwen. De Vlaming is een jezuïet die zijn keuzes aanpast aan de omstandigheden. Dit in de wetenschap dat er meer dan één weg naar Rome kan leiden.

Lezers van Express.be kunnen het boek hier tegen een extra korting bestellen