De Nationale Bank zegt als toezichthouder van het financiële systeem tevreden te zijn over hoe de banken de impact van de gestegen hypotheekrentes op de vastgoedmarkt hebben opgevangen.
In het nieuws: De NBB komt met haar jaarlijkse rapport over de financiële stabiliteit, met daarin ook aandacht voor de vastgoedmarkt. Haar conclusie: “De woningmarkt beleefde een scherpe, maar ordelijke correctie.”
De context: Vanaf midden 2022 gingen de hypotheekrentes omhoog, een gevolg van het snel verstrakkende beleid van de Europese Centrale Bank. Dat leidde tot een geleidelijke daling van de woningverkopen en een vertraging van de kredietverlening aan gezinnen.
- De banken hebben de hogere rentes opgevangen door de looptijden voor nieuwe hypothecaire leningen, met name voor jonge kredietnemers, “gematigd te verlengen”, zo stelt de NBB vast. Door een lening op pakweg 20 jaar te verlengen naar 25 jaar, wordt de maandelijkse last wat gemilderd. “Dit heeft de impact van de hogere rente deels verzacht”, schrijft de NBB.
- Maar vooral: een destabiliserende prijscrash bleef gelukkig uit op de Belgische immomarkt. “Na jaren van sterke groei was een afkoeling van de Belgische woningmarkt door een flinke rentestijging onvermijdelijk. Toch verliep deze correctie vrij ordelijk.”
👉 De NBB wijst erop dat de woningprijzen in de eerste drie kwartalen van 2023 nog altijd met 2,7 procent stegen op jaarbasis. Dat is minder dan de inflatie, maar van een nominale daling is geen sprake. De vastgoedprijzen stegen alleen trager dan het algemene prijspeil, wat als een gezonde correctie gezien wordt.
Jonge gezinnen
Een belangrijke vraag: Is een eigen woning nog betaalbaar voor jonge gezinnen? Een aankoop zonder eigen cash-inbreng (of van ouders of grootouders) is geen sinecure, ondervinden veel kandidaat-kopers. Maar dat de vastgoedmarkt afgesloten zou zijn voor jongeren, wordt door de NBB ontkend.
Letterlijk: “Uit de cijfers dat de langere looptijden en de ruime marges voorzien voor starters, het aandeel van de jongeren in recente hypotheekleningen stabiel hebben gehouden. De toegang van jongeren tot de huizenmarkt blijft dus verzekerd.”
