De NAVO komt eind deze maand samen en zal daar zo goed als zeker de NAVO-norm voor defensie-uitgaven verhogen van 2 naar 5 procent. Voor ons land komt die verhoging zeer ongelegen door de begrotingsproblemen en de zojuist doorgevoerde besparingen. Toch zal België niet kunnen ontsnappen aan de eis van de NAVO, al wordt er wel gehoopt op flexibiliteit. Het kernkabinet komt deze week alvast samen om zich voor te bereiden op de NAVO-top.

Key Takeaways

• Het kernkabinet van de federale regering zat dinsdag samen om te spreken over defensie.
• De premier en zijn vicepremiers hadden het daar onder andere uit defensie-uitgaven. Die moeten binnenkort opnieuw omhoog omdat de NAVO eind deze maand op een top de NAVO-norm zal verhogen.
• België hoopte daarbij op zoveel mogelijk soepelheid om die nieuwe doelstelling te halen.

De federale regering staat onder hoogspanning. Op het moment dat het Planbureau nog maar eens meldt dat de huidige besparingen – waartegen nog altijd veel protest is – niet voldoende zijn om de begroting in orde te krijgen, moet er alweer nieuw geld gevonden worden.

Nieuwe NAVO-norm

Reden daarvoor is de aankomende NAVO-top die 24 en 25 juni doorgaat in Den Haag. Daar zal de NAVO-norm voor defensie-uitgaven van lidstaten zo goed als zeker verhoogd worden naar 5 procent van het bruto binnenlands product (bbp).

Voor België lijkt dat een haast onmogelijke vraag. Ons land heeft al heel wat kunstgrepen – met tijdelijke inkomsten – moeten doen om de norm dit jaar eindelijk van 1,3 naar 2 procent te brengen. Daarvoor was dit jaar alleen al 3,9 miljard euro nodig. Hoe dat geld de komende jaren gevonden zal worden, is nog heel vaag. Minister van Buitenlandse Zaken Maxime Prévot (Les Engagés) liet eerder al weten dat een verdere verhoging van het defensiebudget op korte termijn niet haalbaar is voor ons land. Zijn collega Theo Francken (N-VA), minister van Defensie, ziet wel mogelijkheden.

Op zoek naar flexibiliteit

Ondanks die moeilijkheden en de slechte financiële situatie van ons land zal België niet kunnen ontsnappen aan de eis van de NAVO. Toch wil ons land, met de hulp van enkele bondgenoten, flexibiliteit bekomen. Die soepelheid kan op twee manieren gevonden worden.

Ter eerste gaat het om de verdeling van die 5 procent. Momenteel wordt gedacht aan 3,5 procent voor pure militaire uitgaven zoals tanks, drones, F-35’s, wapens, kogels en nog veel meer. De overige 1,5 procent mag komen uit meer algemene zaken zoals investeringen in havens, wegen en cybersecurity. Ook die zaken zijn namelijk belangrijk als het gaat over defensie. België hoopt die verhouding te veranderen naar 3 procent en 2 procent. Op dat vlak kan er ook een grotere inspanning gevraagd worden van de regio’s.

De tweede vorm van flexibiliteit gaat over de termijn. De vorige NAVO-norm is in 2014 ingesteld en wordt pas dit jaar door België behaald. Ook nu is er sprake van maximaal tien jaar, al willen veel lidstaten dat de gevraagde 5 procent sneller wordt behaald. België daarentegen hoopt op een langere termijn, eventueel met tussendoelen.

Wil je toegang tot alle artikelen, geniet tijdelijk van onze promo en abonneer je hier!