Japan wil zijn militair budget met 6,75 miljard dollar uitbreiden. Het land hoopt daarmee zijn lucht- en zeeverdediging te versterken, nu het zich steeds meer zorgen maakt over de dreiging van China en Noord-Korea.
De toenemende druk van China op Taiwan baart Japan zorgen. De controle van Peking over het eiland zou de Chinese strijdkrachten binnen een straal van 100 kilometer van het Japanse grondgebied brengen en een bedreiging kunnen vormen voor belangrijke maritieme handelsroutes die Japan van olie en andere goederen voorzien. Het zou China ook bases verschaffen voor onbelemmerde toegang tot het westelijk deel van de Stille Oceaan.
Oost-Chinese Zee
Met de financiële injectie van 6,75 miljard dollar kan Japan draagraketten op de eilanden aan de rand van de Oost-Chinese Zee moderniseren. Ook meteen de Patriot PAC-3 raketbatterijen zouden onder handen genomen worden. Die vormen de laatste verdedigingslinie tegen eventuele inkomende Noord-Koreaanse kernkoppen.
De extra uitgaven zouden Japan ook in staat stellen om sneller onderzeebootraketten, maritieme patrouillevliegtuigen en militaire vrachtvliegtuigen aan te schaffen.
De regering van premier Fumio Kishida heeft de uitgaven goedgekeurd als onderdeel van een aanvullende begroting. “Nu de veiligheidssituatie rond Japan met ongekende snelheid verslechtert, is het onze dringende taak om de uitvoering van diverse projecten te versnellen”, zegt het ministerie van Defensie in zijn uitgavenvoorstel.
“Pacifistische natie”
Decennialang heeft de “pacifistische natie” een beleid gevoerd dat die defensie-uitgaven binnen 1 procent van het bruto binnenlands product (bbp) houdt. Maar de extra uitgaven komen er nadat Kishida’s regeringspartij in oktober een doelstelling van bijna een verdubbeling van de defensie-uitgaven tot 2 procent van het bbp in de verkiezingsbeloften had opgenomen.
De voorgestelde extra uitgaven in combinatie met de defensie-uitgaven die voor het jaar tot 31 maart zijn goedgekeurd, bedragen ongeveer 1,3 procent van het Japanse bbp.
(bzg)