Een belangrijk onderdeel van de strategie om terreurgroeperingen als IS te verslaan, is het uitschakelen van hun leiders. En daar is de coalitie, waarin de Verenigde Staten de kar trekt, het afgelopen jaar behoorlijk goed in geslaagd.

Het CENTCOM, het Centraal Commando van het Amerikaanse leger dat bevoegd is voor de operaties in de regio, heeft data verspreid over de operaties die het afgelopen jaar plaatsvonden in Syrië en Irak. Daarbij sneuvelden minstens 686 IS-strijders, tegenover geen enkele Amerikaan.

Misschien wel belangrijker: Niet enkel het kanonnenvlees werd gedood; ook enkele bevelhebbers van de terroristenlegers werden uitgeschakeld. De belangrijkste van hen als eerste.

• Op 3 februari voerden Amerikaanse speciale eenheden een antit-terreurmissie uit in het noorden van Syrië. Het doelwit was Abu Ibrahim al-Hashimi al-Qurayshi, die na de dood van Abu Bakr el-Baghdadi in oktober 2019 tot de nieuwe leider van IS was verkozen. De missie slaagde, althans, deels. Al-Qurayshi nam het heft namelijk in eigen handen, en doodde zichzelf, en enkele familieleden, met een zelfmoordbom.
• De bom was zo krachtig dat het lichaam van al-Qurayshi het huis uit werd geblazen; binnen hadden de Amerikaanse elitesoldaten nog een vuurgevecht met enkele luitenanten van de IS-leider. Bij de missie stierven 13 mensen, waaronder vier vrouwen en zes kinderen. Volgens de Amerikaanse president Joe Biden overleden zij ten gevolge van de zelfmoordbom van al-Qurayshi.
• Ook zijn opvolger Abu al-Hasan al-Hashimi al-Qurashi was geen lang leven beschoren: hij werd eind oktober gedood bij een gevecht met het Vrije Syrische Leger; een overkoepelende organisatie voor een serie aparte rebellenbewegingen. Nadien bevestigde CENTCOM dat ook deze IS-leider zichzelf had opgeblazen met een zelfmoordbom.

Ook nog: Moest IS een lichaam zijn, dan was het al twee keer onthoofd op een jaar tijd. Ook enkele belangrijke organen werden uit het lichaam gehaald.

• Verschillende andere leiders van de organisatie, maar ook andere belangrijke figuren, werden gedood of gearresteerd het afgelopen jaar.
• In juni arresteerden soldaten van de coalitie een zekere Hani Ahmed al-Kurdi, een hooggeplaatste leider van IS, in Aleppo, Syrië. Hij coördineerde de aanvallen van IS in Syrië, en leerde hij anderen hoe ze het best bommen kunnen maken, om deze in te zetten tegen Syrische en Amerikaanse soldaten. De arrestatie werd tot in de puntjes gepland, en er vielen geen gewonden of doden.
• Een kleine maand later werd Ahmed al-Agal gedood door een Amerikaanse drone-aanval. Al-Agal was een van de vijf grote leiders van de organisatie en hét hoofd van de tak in Syrië. Daarnaast was al-Agal ook aangesteld om de ontwikkeling van andere takken, buiten Syrië en Irak, in goede banen te leiden. Een tweede leider, die vlakbij al-Agal stond, raakte zwaargewond.
• In december maakte CENTCOM bekend dat het nog een hoge officier van IS kon arresteren, een zekere ‘al-Zubaydi’. Hij zou, samen met vijf anderen, een aanval plannen op het vluchtelingenkamp al-Hol, waar 25.000 kinderen van IS-strijders worden opgevangen door de coalitie.

De ooit zo machtige organisatie, die op het grondgebied van Syrië en Irak een nieuwe Islamitische Staat zou oprichten, loopt op zijn laatste benen. Het wordt voor de terroristen steeds moeilijker zich te organiseren, aangezien de leiders stuk voor stuk worden uitgeschakeld. Daarnaast blijken de troepen van de coalitie ook bijzonder effectief in het bestrijden van het voetvolk, dat ondertussen werd teruggedrongen naar de schaduwen.

(fjc)