Ipsospeiling bevat geen (statistische) verrassingen, wie zijn de winnaars en verliezers?

Ipsospeiling bevat geen (statistische) verrassingen, wie zijn de winnaars en verliezers?
Voorzitter van Vlaams Belang, Tom Van Grieken – NICOLAS MAETERLINCK/BELGA MAG/AFP via Getty Images

Voor wie de cijfers nog eens wil: de Ipsos-peiling zet in Vlaanderen Vlaams Belang opnieuw op nummer één, met 22,7 procent, wel een dipje ten opzichte van de 25 procent in maart. N-VA klimt dan weer heel licht, tot 21,8 procent, in maart was dat 21,6 procent. Vooruit klimt nog een beetje verder, naar 16,8 procent en nestelt zich als centrumpartij, met nog heel wat potentieel. In maart zaten Conner Rousseau en co nog op 15,5 procent.

  • Aan de onderkant stoomt PVDA door: na 8 procent in maart scoren ze nu 10,3 procent. Ook Groen veert heel lichtjes op, van 7,4 naar 7,6 procent, maar ze blijven in de lappenmand, als laatste. Voor cd&v, op 10,7 procent, na 11,8 procent in de vorige peiling, zijn dit andermaal zeer donkere wolken boven de partij. Zeker omdat de peiling viel midden het moment dat voorzitter Sammy Mahdi (cd&v) volop in de belangstelling stond met z’n TikTok-video over Reuzengom.
  • Voor Open Vld daalt het resultaat verder van 9,2 procent in maart naar nog amper 8,3 procent: meteen de aanleiding voor crisisberaad.
  • In Brussel, waarbij de Vlaamse resultaten wel statistisch met een enorme korrel zout moeten genomen worden, is er 3,1 procent voor Vlaams Belang, 2,9 procent voor N-VA, 1,4 procent voor Open Vld, 1,3 procent voor Groen, 0,9 procent voor cd&v en amper 0,6 procent voor Vooruit.
  • Aan de andere kant van de taalgrens toch ook relevante scores: met 25,7 procent staat de PS ijzersterk in Wallonië, in Brussel veren ze weer op naar 18,6 procent. De MR is opnieuw grootste in Brussel, met 19,9 procent, wat straks een breekijzer kan worden in onderhandelingen. In Wallonië gaan ze ook licht omhoog naar 19,8 procent. Zowel Paul Magnette (PS) als Georges-Louis Bouchez (MR) staan er dus helemaal niet zo slecht voor.
  • Ecolo heeft wel een probleem: ze zitten met 12,7 procent in Wallonië op verlies, en in Brussel zijn ze pas derde partij met 18,1 procent, maar ze lijken wel wat verlies terug te winnen.
  • De communisten van PVDA-PTB verliezen wat in Brussel, en gaan naar 17,6 procent (wat nog altijd een monsterwinst zou zijn) en stijgen in Wallonië tegelijk wel door naar 18,9 procent. Oppositiepartij Les Engagés zit in een dip: 10,3 procent in Wallonië en nog amper 4,3 procent in Brussel.

Tussen de lijnen: Wie wint en wie verliest, binnen de partijen?

  • Om te beginnen werkt Ipsos nog altijd met de vraag “wie wilt u een rol zien spelen?”, een erg ‘open’ bevraging met meerdere namen die voorgelegd worden. De cijfers zijn dus anders dan bevragingen waarbij men zelf spontaan een naam moet geven.
  • Bij N-VA is Bart De Wever nog altijd nummer één, maar hij verliest een tikje: hij daalt van 55 naar 52 procent. Zijn negatieve score neemt ook toe, van 32 naar 37 procent. Zuhal Demir (N-VA) verliest ook, van 45 naar 43 procent, waardoor ze Theo Francken (N-VA) weer naast zich moet dulden: hij stijgt van 40 naar 43 procent. Met 42 procent krijgt Francken wel een iets meer negatieve score dan Demir, die 40 procent haalt.
  • Naast dat trio is er iets verder Ben Weyts (N-VA), die 36 procent haalt, en Jan Jambon (N-VA) die nog 35 procent haalt, en wat daalt, naar de tiende plek in totaal. Matthias Diependaele (N-VA) met 20 procent en Peter De Roover (N-VA) met 19 procent zijn duidelijk mindere goden bij de partij.
  • Bij Vooruit is Conner Rousseau nu de allerpopulairste geworden: hij haalt 56 procent, komende van 52 procent. Zijn negatieve score is ook laag, die zat op 30 en nu op 32 procent. Opvallend is dat Frank Vandenbroucke (Vooruit) wat stijgt, van 37 naar 39 procent: hij zat net in het nieuws met het feit dat hij wil verder doen. Caroline Gennez (Vooruit) zit met 18 procent een heel pak lager.
  • Alexander De Croo (Open Vld) zit nog altijd op eenzame hoogte binnen zijn partij, met 46 procent staat hij op de derde plek, en haalt hij exact wat hij in maart ook had. Zijn negatieve score stijgt wel van 39 procent naar 42 procent.
  • Verder is er niet veel bij Open Vld. Vincent Van Quickenborne (Open Vld) haalt wel nog 33 procent, van 34, maar heeft wel met 48 procent een hoge negatieve score. Bart Somers (Open Vld) haalt nog 29 procent, Egbert Lachaert 19 procent. Beiden dalen.
  • Bij Vlaams Belang stijgt Tom Van Grieken nog door: van 35 naar 39 procent. Zijn negatieve score zakt ook wat, van 48 naar 47 procent. En ook Filip Dewinter stijgt wat, van 23 naar 26 procent. Barbara Pas blijft met 14 procent een onbekende, Chris Janssens met 9 procent nog meer.
  • Bij cd&v blijft Hilde Crevits (cd&v) het fort rechthouden, zij haalt 39 procent, iets minder dan haar 40 procent vorige keer. Haar negatieve score stijgt wel fel, van 39 procent naar 47 procent. Voorzitter Sammy Mahdi (cd&v) blijft ter plaatse, op 33 procent, en zit niet in de top 10. Zijn negatieve score loopt ook fors op, van 40 naar 47 procent.
  • Opvallend is dat Annelies Verlinden (cd&v) die lang in de top zat, naar beneden valt, met nog 32 procent, komende van 35 procent. Vincent Van Peteghem (cd&v) wordt dan weer niet bepaald hyperpopulair, hij daalt van 25 naar 23 procent. Nicole de Moor (cd&v) zakt zelfs van 14 naar 10 procent, met ondertussen wel 40 procent negatieve scoren.
  • Zowel PVDA als Groen hebben niet echt populaire kopstukken, maar zijn eerder merknamen als partij: Petra De Sutter (Groen) met 27 procent en Raoul Hedebouw (PVDA) met 26 procent, zijn al geen hoogvliegers, voor de rest is er eigenlijk niemand. Tinne Van der Straeten (Groen) haalt 17 procent, Nadia Naji zelfs 9 procent.
Meer premium artikelen
Meer

Ontvang de Business AM nieuwsbrieven

De wereld verandert snel en voor je het weet, hol je achter de feiten aan. Wees mee met verandering, wees mee met Business AM. Schrijf je in op onze nieuwsbrieven en houd de vinger aan de pols.