Internet-of-things bijkomende factor in online fraude

Over vijf jaar zullen de bestedingen in de detectie en preventie van online fraude zijn opgelopen tot meer dan 9 miljard dollar. Dat betekent een stijging met 22 procent tegenover het niveau van dit jaar.

Dat blijkt uit een rapport van het bureau Juniper Research. Daarbij wordt gewezen op de impact van het internet-of-things, dat een aantal bijkomende veiligheidsproblemen heeft gecreëerd. Tevens wordt opgemerkt dat de volgende jaren vooral regio’s zoals Latijns-Amerika, het Indiase subcontinent, Afrika en het Midden-Oosten belangrijke doelwitten voor fraude met betalingen en banktransacties zullen worden. “Een aantal factoren remmen de implementering van beveiliging tegen online fraude af,” benadrukken de onderzoekers. “Vaak wordt opgekeken tegen schijnbaar hoge kosten voor de aankoop van software. Bovendien is er in het algemeen slechts een relatief beperkt inzicht in efficiënte oplossingen.” “Anderzijds kunnen ook een aantal elementen worden aangewezen die de groei van de markt zouden kunnen stimuleren. Daarbij wordt gewezen op het internet-of-things, waarop steeds meer toestellen worden aangesloten, maar ook een aantal apparaten onvoldoende beveiligd zijn en dus mogelijke risico’s op lekken kunnen vormen.”

Educatie

Vooral in een aantal opkomende markten moet volgens de onderzoekers de volgende periode met een toenemende frauderisico rekening worden gehouden. “Gebieden zoals Latijns-Amerika, het Indiase subcontinent, Afrika en het Midden-Oosten zullen over vijf jaar amper 4 procent van de totale wereldwijde bestedingen in de detectie en preventie van online fraude vertegenwoordigen,” stippen de onderzoekers aan. Er wordt tenslotte ook opgemerkt dat een strengere regelgeving om de consumenten te beschermen en een betere educatie van het publiek over veilige online praktijken belangrijke uitdagingen vormen die de volgende jaren moeten worden aangepakt. (mah)