In het wereldwijde management moet genderdiversiteit nog een lange weg afleggen

Bedrijven die hun genderdiversiteit – vooral aan de top – verbeteren, laten sterkere prestaties optekenen en boeken hogere winsten. Landen die een grotere vrouwelijke tewerkstelling stimuleren, realiseren bovendien een grotere economische groei. Dat is de conclusie van een studie van  de International Labour Organization (ILO), gebaseerd op een studie over bijna dertienduizend bedrijven en bijna tweehonderd landen sinds het begin van de jaren negentig van de voorbije eeuw.

Bijna driekwart van de ondernemingen die aandacht hadden voor de genderdiversiteit van hun management bleken een winstverhoging tussen 5 procent en 20 procent te melden. Daarnaast bleek 57 procent van de bedrijven door een toename van het aantal vrouwelijke managers ook gemakkelijker in staat om talent te kunnen aantrekken en te kunnen behouden.

Nagenoeg een even grote groep zag dankzij een grotere genderdiversiteit verbeteringen op het gebied van creativiteit, innovatie en openheid. Bovendien bemerkten zij tevens een versterking van de reputatie van de onderneming. Eveneens bleek dat een verhoging van de vrouwelijke tewerkstellingsgraad ook op nationaal vlak tot een sterkere economische groei aanleiding geeft.

Strategie

“Genderdiversiteit is een intelligente bedrijfsstrategie,” benadrukt Deborah France-Massin, afdelingshoofd bij de internationale arbeidsorganisatie. “De resultaten van de studie sluiten elke mogelijke twijfel uit. De bedrijven moeten een genderevenwicht niet louter als een vraagstuk voor human resources beschouwen, maar moeten beseffen dat keuzes op dat vlak ook hun resultaten in belangrijke mate zouden kunnen beïnvloeden.”

Er kan in de hogere kaders van een genderevenwicht worden gesproken wanneer de verhouding tussen de geslachten zich tussen 40 procent en 60 procent bevindt. “De voordelen van genderdiversiteit beginnen echter wanneer vrouwen minstens 30 procent van de hogere kaderfuncties en leidende posities in handen hebben,” aldus Deborah France-Massin.

“Tegelijkertijd blijkt dat 60 procent van de onderzochte bedrijven moet toegeven die doelstelling nog steeds niet te hebben gehaald. In bijna de helft van de ondernemingen bekleden vrouwen minder dan één van de lagere managementsfuncties. Het glazen plafond is dan ook nog steeds contact. Er zijn hier en daar misschien enkele barsten merkbaar, maar er is nog een hele weg af te leggen.”

Glazen wand

De situatie varieert wel naargelang het land en de regio waar een bedrijf is gevestigd. Ondernemingen in het Midden-Oosten en Noord-Afrika hebben in het algemeen slechts ongeveer 10 procent vrouwen in managementfuncties.

“Hoewel de werkgelegenheid van vrouwen de voorbije decennia wereldwijd is toegenomen, blijven ze toch 26 procentpunt minder kans te hebben om een baan te hebben dan mannen,” zegt het rapport nog. “Bovendien blijven vrouwen veel minder kans te hebben om naar het managementsniveau of de directieraad te kunnen stijgen. Het is duidelijk dat er in het management nog veel minder vrouwen te vinden zijn dan in het totale personeelsbestand.”

“Hoe hoger men in de commandostructuur zoekt, hoe minder kans men heeft om een vrouw terug te vinden,” zeggen de onderzoekers nog. Wereldwijd hebben vrouwen slechts 20 procent van de leidinggevende functies in handen. Vrouwen die wel de top halen, blijken vaak bij kleinere ondernemingen aan de slag te zijn.

“Er is bovendien niet alleen een glazen plafond, maar er is sprake van glazen wanden,” betoogt France-Massin. “Vrouwen in managementfuncties zijn vaak vooral terug te vinden bij de administratie of bij de personeelsafdeling. In de financiële afdeling is hun aanwezigheid veel zeldzamer.”

“De diversificatie van de directiekamers kan nochtans een belangrijke meerwaarde blijken voor het bedrijfsresultaat,” benadrukken de onderzoekers. “Vrouwen hebben in die bestuurskamers echter wereldwijd nog altijd slechts een aanwezigheid van 23,6 procent. In het Midden-Oosten en Noord-Afrika valt dat zelfs terug tot amper 11 procent.”

Meer