Paus Franciscus heeft recent gezegd dat kan verwacht worden dat ongeveer 2 procent van de katholieke priesters pedofiel is. Het is volgens de meeste specialisten echter moeilijk een concrete inschatting te maken, want het blijft bijzonder moeilijk om correcte informatie te verzamelen. De meeste pedofielen zijn immers niet geneigd om hun neigingen openlijk kenbaar te maken, terwijl ook de omschrijving van de pedofiel veel afwijkingen kan vertonen.
“Er is ook geen enkele zinvolle ethische methode om een groep mannen samen te brengen en aan detectoren te koppelen om hun reacties op beelden van volwassenen en kinderen te registreren,” zegt wetenschapper James Cantor, psycholoog en seksuoloog aan de University of Toronto.
Michael Soto, klinisch en forensisch psycholoog aan de Royal Ottawa Healthcare Group, heeft een poging gewaagd om een benaderende berekening te maken, waarbij hij tot de conclusie kwam dat ongeveer 5 procent van de bevolking als een pedofiel kon worden bestempeld. Maar ook bij dat cijfer moeten een aantal bemerkingen worden gemaakt.
“Soto vroeg aan de proefpersonen of ze ooit seksuele gedachten of fantasieën hadden gehad over kinderen of zich hadden schuldig gemaakt aan seksuele gedragingen met kinderen,” verduidelijkt Wesley Stephenson, redacteur bij de Britse omroep BBC.
“De onderzoeker gaf daarbij zelf toe dat in de studie geen vragen werden gesteld over de intensiteit en frequentie van die gedachten of fantasieën. De statistieken van Soto omvatten dat ook personen die misschien ooit wel eens een fantasie hebben gehad, terwijl in de wetenschappelijke literatuur over pedofilie duidelijk sprake is van herhaaldelijke en aanhoudende gedachten.”
“Inmiddels heeft Soto door een nieuwe methodologie zijn ramingen herleid tot ongeveer 1 procent van de bevolking, maar ook dat is volgens de onderzoeker niet meer dan de overwogen inschatting,” zegt Stephenson. “Eén van de problemen is dat pedofilie voor verschillende mensen een andere inhoud kan hebben.”
“Het gebeurt vaak dat mannen zich aangetrokken voelen tot achttienjarigen of twintigjaren of zelfs tot zestienjarigen. Hoe jonger het mikpunt van de aantrekkingskracht is, hoe kleiner de groep geïnteresseerde mannen wordt. Indien men een aantrekkingskracht tot jongeren met een maximale leeftijd van veertien jaar als pedofilie omschrijft, moet men volgens James Cantor wellicht aan een cijfer van 2 procent komen.”
“Wanneer alleen gekeken wordt naar de interesse in prepuberale jongeren, met een maximale leeftijd van elf tot twaalf jaar, komt men wellicht uit op een resultaat dat onder de grens van 1 procent blijft,” zegt Cantor nog.
Algemeen wordt een leeftijdsgrens van zestien jaar gehanteerd, maar Stephenson wijst erop dat het in sommige landen toegelaten is om voor de zestiende verjaardag te huwen, zodat die regel niet universeel wordt aanvaard.
Volgens Michael Seto en een aantal collega’s moet de omschrijving worden voorbehouden voor mannen die een seksuele interesse tonen in prepuberale kinderen. Dan komt men, afhankelijk van de onderzoekers, aan een cijfer van 0,5 procent tot 1 procent.
“Er is geen duidelijkheid op welke manier paus Franciscus aan het cijfer van 2 procent is gekomen,” zegt Stephenson nog.
“Mogelijk heeft hij zich gebaseerd op een studie van wetenschappers aan het John Jay College of Criminal Justice in New York, die tot de vaststelling kwamen dat tijdens de tweede helft van de voorbije eeuw 4,2 procent van de Amerikaanse clerus op een geloofwaardige manier van pedofilie was beticht, maar ook daar is sprake van zowel adolescenten als prepuberale kinderen.”
“Indien men met de striktere definitie rekening zou houden, komt men eveneens tot een eindresultaat van 1 procent tot 2 procent.” (mah)