Hoe het grootste mediabedrijf van de Benelux de potjes netjes gedekt houdt: als iemand van de ex-toppers de mond opendoet, dreigt de juridische hakbijl

De zaak-Smeets zindert na in de Vlaamse media. Niet door de stevige krantenkoppen rond een doofpotaffaire aan de top van DPG Media, de mediagigant die verhaal na verhaal over #metoo bij The Voice of Bart De Pauw publiceerde, maar nooit berichtte over het verhaal aan de eigen top. Want opnieuw kraaide haast geen haan in de klassieke media naar het verhaal. Net daarover gonzen wél de geruchten, maar niemand wil on the record. Verschillende betrokkenen wijzen op hetzelfde: de techniek van DPG om ex-werknemers een non-disclosure op te leggen, zodat ze “niets negatiefs over het bedrijf” mogen zeggen, op straffe van juridische gevolgen. Een ongeziene techniek in dit land en wel erg cynisch voor een mediabedrijf.

Op maandag 7 maart stelt Vlaams minister van Media Benjamin Dalle (CD&V) zijn “actieplan grensoverschrijdend gedrag in de mediasector” voor. Dat doet hij aan het Mediaplein in Antwerpen, meer bepaald in de studio’s van DPG Media. Cynischer kan het niet worden in het Vlaamse medialandschap, waar mastodont DPG nu al ferm haar schaduw over werpt.

Want datzelfde DPG Media worstelt met de naweeën van de zaak-Smeets, waarbij directielid en journalistieke baas Jaak Smeets in 2016 het bedrijf moest verlaten na compleet onaangepast gedrag. Die zaak lekte vorige week uit.

Smeets versus De Pauw

Leg even de zaak-De Pauw naast de zaak-Smeets. Die eerste draait rond televisiemaker en ondernemer Bart De Pauw, die in 2017 ontslagen werd door de VRT omwille van grensoverschrijdend gedrag: ongepaste sms’jes en vermeende stalking lagen aan de basis van een mediastorm die zodanig raasde dat elke steen in Vlaanderen zijn naam nu linkt met die zaak. VTM, een onderdeel van DPG Media, ging zo ver om bij zijn proces de vrouw van De Pauw helemaal te overdonderen, de camera in de aanslag, om toch maar een reactie te krijgen.

Vraag daarnaast aan de gemiddelde Vlaming of ze weet hebben van de affaire Smeets, en men zal u het antwoord schuldig blijven. Misschien omdat Jaak Smeets geen mediafiguur was en De Pauw wel. Maar qua maatschappelijke impact zette die eerste, die de grootste nieuwsredacties van België en Nederland aanstuurde en de journalistieke baas van de grootste mediagroep van de Benelux was, De Pauw compleet in de schaduw.

Het verschil zat, en zit, er hem in dat de eigen DPG-kranten nooit een letter schreven over de ware toedracht van zijn exit. Dit weekend stond er één stuk in De Morgen, wat in feite bevestigde dat “iedereen het wist” op de redactie van die krant, maar niemand ooit iets schreef want “Van Thillo had de afhandeling van de zaak goed aangepakt” en “er was niets strafrechtelijk gebeurd”. En meer nog: ook de andere media berichtten niet, om die reden, zo claimt De Morgen. Daarbij gaan ze doodleuk voorbij aan het feit dat het bedrijf van Christian Van Thillo alles staalhard ontkende, toen Smeets zijn exit moest maken. Van Thillo zelf zwaaide Smeets langs de grote poort uit. Een pijnlijk gegeven voor zijn slachtoffers, een pijnlijke leugen voor een mediabedrijf dat systematisch van anderen transparantie eist.

Dading

Maar er is meer. Een onderzoek van deze redactie leert dat slachtoffers en getuigen niet on the record kunnen getuigen over deze zaak omwille van een heuse juridische systematiek bij DPG Media. Wij belden verschillende ex-werknemers van het bedrijf op om hun te vragen naar hun ervaringen met Smeets en DPG Media en kregen niemand te pakken die zijn of haar verhaal officieel wilde vertellen. De reden? Bij het verlaten van het bedrijf ondertekenden de meesten onder hen een dading. Bij een aantal bevat die dading ook een artikel waarin bepaald wordt dat de persoon in kwestie publiekelijk niks mag zeggen wat het imago van het bedrijf kan schaden. “Wanneer er in een bedrijf van bepaalde mensen afscheid wordt genomen, wordt er een overeenkomst einde tewerkstelling of dading ondertekend”, aldus Peter Caekebeke, expert legal advisor bij Randstad Group. “Dat gaat dan onder andere om hoger geplaatste werknemers. In zo’n dading worden een aantal wederzijdse toegevingen gedaan. In sommige gevallen is het ook een soort van bescherming. Er worden een aantal zaken in een dading bepaald, bijvoorbeeld dat de werknemer in kwestie akkoord gaat met de reden van het ontslag. Dat doet men vooral om te voorkomen dat de werknemer nadien een procedure opstart om het ontslag aan te vechten.”

Maar is het ook gebruikelijk dat een bedrijf in een dading vraagt om in de toekomst niks publiekelijk te zeggen wat het imago kan schaden? “Dat ben ik nog niet eerder tegengekomen”, aldus Caekebeke. “Uiteraard bevatten dadingen soms non-disclosure agreements, maar dat is dan vooral om te voorkomen dat werknemers met gevoelige informatie naar de concurrentie trekken.” En wat gebeurt er als een voormalig werknemer de voorwaarden van een dading schaadt? “Als dat zou gebeuren, zou de voormalige werknemer een schadevergoeding moeten betalen aan het bedrijf”, besluit Caekebeke. “Want dan is dat een misbruik van vertrouwen.”

Geen verdere details

Wij vroegen aan DPG Media wat de aanleiding voor of het idee achter het artikel in kwestie in de dading is. “We doen nooit uitspraken over HR-gerelateerde dossiers”, luidt het antwoord. “Daarom geven we ook nu geen verdere details over de procedures rond het beëindigen van samenwerkingscontracten.” Opvallend: bij een aantal van de mensen die wij spraken, stond het artikel in kwestie niét in de dading. Het ging dan vooral om ex-werknemers van DPG Media die het bedrijf verlieten voor 2016, oftewel het jaar waarin de zaak-Smeets ontplofte. Een teken dat het bedrijf zich sindsdien bewust is van een probleem in de bedrijfscultuur?

Bedrijfscultuur

Dat er aan die bedrijfscultuur een en ander schort, werd vorige week pijnlijk duidelijk met het uitlekken van de zaak. Zo zou er volgens een artikel van onderzoekssite Apache niks gedaan zijn met de klachten van twee slachtoffers van Smeets tot directeur-uitgever Paul Daenen die kon gebruiken in zijn voordeel. Daenen had immers een meningsverschil met Smeets en wou die laatste buitenwerken. “In mei 2016 benaderde Daenen de twee slachtoffers”, valt te lezen in het artikel en wordt ons bevestigd door twee anonieme bronnen. “Hij wou weten wat er precies gebeurd was tussen hen en Smeets en moedigde hen aan om naar een vertrouwenspersoon te stappen.” Daarop volgde een berisping voor Smeets. Zijn uiteindelijke ontslag volgde pas in het najaar van 2016, toen een derde slachtoffer een officiële klacht neerlegde. En ook al gonsde het toen al enkele jaren van de geruchten over Smeets, geen haan die ernaar kraaide.

(jvdh)

Meer