Een voormalige Amerikaanse veiligheidsmedewerker luidt de noodklok: zijn land loopt ver achter op de Chinezen. Dit is te wijten aan een gebrek aan inzicht in nieuwe technologieën en een gebrek aan middelen, alsmede een gebrek aan samenwerking met de Amerikaanse “big tech”.

Nicolas Chaillan was tot september jongstleden de verantwoordelijke officier voor de software van de Amerikaanse luchtmacht in het Pentagon. Hij heeft de computerbeveiligingsdiensten van het Amerikaanse leger verlaten, omdat volgens hem de wedstrijd met China al bij voorbaat is verloren: de nieuwe grote mondiale rivaal van de Verenigde Staten heeft de leiding genomen in de cyberbeveiligingswedloop, en met afstand.

Verloren strijd

De oud-medewerker sprak zich uit op LinkedIn, in een tekst waarin hij de achterliggende redenen voor zijn ontslag uiteenzette: “Ik realiseer me duidelijker dan ooit dat onze kinderen, zowel Amerikaanse als geallieerde, over 20 jaar geen schijn van kans zullen hebben om te concurreren in een wereld waarin China een aanzienlijk demografisch voordeel heeft ten opzichte van de Verenigde Staten.”

“Als de Verenigde Staten niet kunnen concurreren met China, dat een bloeiende en hardwerkende bevolking heeft, dan moeten wij winnen door slimmer, efficiënter en toekomstgerichter te zijn. We moeten het spel voor zijn en de leiding nemen. We kunnen het ons niet veroorloven om achter te blijven.”

Volgens Chaillan is het echter al te laat: op het gebied van computerbeveiliging is de Amerikaanse regering laat aan de race begonnen. In een interview met de Financial Times vertelt hij over zijn zorgen, met name op het gebied van kunstmatige intelligentie, en over onoverkomelijke moeilijkheden bij het verkrijgen van financiering.

“We hebben geen schijn van kans om over vijftien of twintig jaar tegen China te vechten”, zegt de computerwetenschapper. “Op dit moment is het al een uitgemaakte zaak; naar mijn mening is het al voorbij, de AI-capaciteiten en cyberdefensie van sommige ministeries zijn op kleuterschoolniveau.”

In China, bedrijven op de wenken bediend door de staat

Het is waar dat het Pentagon de laatste tijd te maken heeft gehad met grootschalige hacks, zoals in april 2020. Het Amerikaanse ministerie van Financiën, het ministerie van Binnenlandse Veiligheid, het ministerie van Buitenlandse Zaken en het ministerie van Defensie werden gecompromitteerd in de SolarWinds-affaire, toen hackers de digitale activiteiten van personeel van deze departementen konden bespioneren en toegang kregen tot sommige van hun werk-e-mails.

Volgens Chaillan is de hoofdoorzaak van deze Amerikaanse achterstand te wijten aan de conflicterende betrekkingen tussen de staat en big tech. Terwijl in China de grote IT-bedrijven nauwlettend in het oog worden gehouden door de regering, die hen samenwerking oplegt.

In 2018 besloot Google zelfs eenzijdig om de samenwerking met het Pentagon stop te zetten nadat twee medewerkers van het bedrijf ontslag hadden genomen toen bekend werd dat het had deelgenomen aan de ontwikkeling van programma’s om de nauwkeurigheid van drone-aanvallen te verbeteren. (mah)