De flexijobs, die regeringsleden ’s nachts wakker hielden en waarover tien uur werd gediscussieerd tijdens de begrotingsbesprekingen, lijken voor een aanzienlijke verandering in ons dagelijks leven te zullen zorgen en onze kijk op werk.
Wat is een flexi-job?
Het systeem bestaat sinds 2015 en biedt werknemers de mogelijkheid om onder gunstige voorwaarden een aanvullende baan uit te oefenen.
- Werkgevers betalen slechts 25% van de werkgeversbijdragen (hoewel deze zullen stijgen naar 28%) en zijn dus vrijgesteld van gewone socialezekerheidsbijdragen en bedrijfsvoorheffing.
- De persoon met een flexi-jobcontract ontvangt extra inkomsten zonder werknemersbijdragen of bedrijfsvoorheffing te moeten betalen. Om echter in aanmerking te komen voor flexi-jobs, moet je elders al minstens 4/5e van een voltijdse baan hebben. Gepensioneerden kunnen ook in aanmerking komen, mits bepaalde voorwaarden.
- Het minimumloon bedraagt 11,81 euro per uur (15,39 euro in de gezondheidszorg), maar kan hoger zijn.
- De maximale vergoeding via dit systeem wordt verhoogd tot 1.000 euro netto per maand, wat neerkomt op 12.000 euro per jaar, of ongeveer 22 uur werk per week.
Een links-rechts duel in de regering
Welke sectoren vallen hieronder? Het systeem werd oorspronkelijk gecreëerd voor de horecasector. Maar dit was het kernpunt van de hervorming. De linkse partijen en vakbonden wilden het systeem liever beperken omdat het, in vergelijking met gewoon werk, minder socialezekerheidsbijdragen oplevert en dus de verzorgingsstaat ‘verzwakt’. Aan de rechterkant van het politieke spectrum daarentegen, wilde men het systeem uitbreiden naar alle sectoren, vooral in Vlaanderen waar het systeem al veel breder wordt toegepast.
- Na langdurige onderhandelingen worden de flexi-jobs uitgebreid. Naast de horeca zijn ze nu ook van toepassing in de kappersbranche, schoonheidsverzorging en bakkerijen. Dit jaar is de regeling ook uitgebreid naar de sport-, film-, entertainment- en gezondheidszorgsectoren.
- Dit betekent dat er twaalf nieuwe sectoren aan de lijst worden toegevoegd, waardoor het totaal stijgt van 10 naar 22. Deze nieuwe sectoren omvatten kinderopvang, onderwijs, bepaalde beroepen in de voedingsindustrie, de auto-industrie, publieke sport- en cultuurinstellingen, landbouw en tuinbouw, evenementen, verhuizingen en vastgoed.
- Nu kunnen regio’s vragen om flexi-jobs in een bepaalde beroepstak te introduceren.
- Vlaanderen zet dit meteen in voor onderwijs en kinderopvang, terwijl Wallonië dat waarschijnlijk niet zal doen. Maar in sectoren zoals busvervoer zullen beide regio’s het zeker invoeren. (ddw)