Econoom Peter De Keyzer: “De eurozone is niet noodzakelijk een verworvenheid voor de eeuwigheid”

Een scheefgroei tussen noordelijke en zuidelijke landen in Europa zet de concurrentiekracht onder druk. Econoom en communicatiestrateeg Peter De Keyzer legt uit in The Morning Drive van Business AM.


Beluister hier het volledige interview met Peter De Keyzer

Waarom is dit belangrijk?

Door de economische verschillen tussen Europese landen wordt het voor centrale banken steeds moeilijker om een one size fits all beleid te voeren die gezonde concurrentie stimuleert.

Klaas Knot, de voorzitter van de Nederlandsche Bank, pleitte deze week voor productiviteitsgroei in de zwakkere eurolanden. Daarnaast zouden loonstijgingen in de sterkere eurolanden ademruimte moeten geven aan de zwakkere. Peter De Keyzer geeft context.

  • “Noord-Europese landen als Duitsland of Nederland zijn heel concurrentieel en kunnen makkelijk hun product exporteren”, zegt De Keyzer. “Normaal zou je verwachten dat in die succesvolle landen vroeg of laat de lonen beginnen stijgen, waardoor ze zich een klein beetje uit de markt prijzen.”
  • Maar nu is dit niet het geval. “De landen die het meest succesvol zijn houden hun lonen relatief laag. Doordat de lonen niet sterk stijgen wordt het voor Zuid-Europa heel moeilijk om die sterke landen te gaan bijbenen”, stelt de econoom.

Alfa Romeo en BMW

  • “Voor de euro er was hadden alle Europese landen hun eigen munten. Dan merkten we dat een land als Italië bijvoorbeeld het moeilijk had om te concurreren met Duitsland. Hun prijzen waren toen te hoog. Italië devalueerde dan de eigen munt.”
  • Door een devaluatie van de lire werden Italiaanse producten dan plots fors goedkoper. “Zo werd het ook goedkoper voor veel Europeanen om een Alfa Romeo te kopen in plaats van een BMW.”
  • Nu iedereen met de euro werkt, valt die optie weg. “De enige manier voor hen om sterke landen in te halen is een beter product maken, productiever worden en hervormen. Dat blijkt heel moeilijk te zijn.”
  • “Italië zou een tijdlang de lonen kunnen bevriezen. Als dan in het buitenland de lonen stijgen, kan Italië op den duur bijbenen met sterkere landen. De andere optie is om net het omgekeerde te doen, en sterkere landen vragen om hun lonen sneller te laten stijgen.”

(fjc)

Meer