Architect van de euro: ‘Kaartenhuis staat op instorten’

‘Realistisch bekeken hebben we hier te maken met een geval waarbij we [in de eurozone] van de ene crisis naar de andere sukkelen. Het is moeilijk te voorspellen hoe lang dat kan duren, maar het kan niet eeuwig zijn.’

Dat zegt Otmar Issing, een voormalig hoofdeconoom van de ECB en een van de architecten van de euro, in een gesprek met het blad Central Banking, waaruit de krant The Telegraph delen publiceert. Issing was van 1998 tot 2006 ook directeur van de Europese Centrale Bank en stond in die hoedanigheid mee aan de wieg van de euro.

Issing laat zich in het interview vernietigend uit over de euro, de fiscale stimulus (QE), het monetaire beleid van de ECB in het algemeen en de bailouts van bankroete staten. ‘De eenheidsmunt is door de politiek verraden,’ is een van zijn opgemerkte uitspraken. ‘We beleven een gratis-voor-iedereen-beleid, dat de etterende zweren verbergt.’

Alle elementen voor een ramp zijn verzameld

‘Het stabiliteits- en Groeipact heeft min of meer gefaald. De marktdiscipline is door de ECB-interventies verdwenen. Er is geen fiscaal controlemechanisme meer van de markt of de politiek. Alle elementen zijn dus samengebracht voor een ramp binnen de monetaire unie. Op een dag stort het kaartenhuis in.’

screenshot-2016-10-17-07-13-19

Bedrijfsobligaties die net niet als ‘rommelkredieten’ worden beschouwd

Issing ziet ook niet goed in hoe de ECB nog uit de politiek van fiscale stimulus raakt.

‘Dat wordt steeds moeilijker omdat de gevolgen potentieel rampzalig zijn. Ook de lage kwaliteit van de garanties die worden geëist is een groot probleem. De ECB koopt nu al bedrijfsobligaties op die net niet als ‘rommelkredieten’ worden beschouwd. […] De reputatieschade die daardoor dreigt voor de centrale bank zou in het verleden ondenkbaar zijn geweest.’

De toekomst

Veel hoop is er volgens Issing niet:

‘Een politieke unie is in het huidige klimaat ondenkbaar. Het Europese project zal dus moeten functioneren als een unie van soevereine staten, of het zal falen.’