De minister van pensioenen lijkt te denken dat de betaalbaarheid van de pensioenen geen punt is. Daarbij lijkt ze te vergeten dat er de komende decennia er heel wat facturen op ons liggen te wachten. Daarom moeten we op allerlei vlakken, en dus ook de pensioenen, inspanningen doen om de betaalbaarheid van onze welvaartsstaat te versterken.
Minister van pensioenen Lalieux lanceerde vorige week haar langverwachte plan voor de pensioenhervorming. In dat plan was er geen enkele aandacht voor de betaalbaarheid van de pensioenen op langere termijn. Integendeel, die betaalbaarheid wordt zelfs verder ondermijnd. De redenering lijkt te zijn dat de betaalbaarheid van de pensioenen geen probleem is. Pensioenen zijn belangrijk en de vraag hoeveel we daaraan willen uitgeven is uiteindelijk een maatschappelijke keuze. In theorie klopt die redenering ook. Als we willen, kunnen we als maatschappij gerust meer uitgeven aan de pensioenen. Het probleem met dit soort redeneringen is evenwel dat er heel veel zaken zijn die we belangrijk vinden, en dat alles wat de overheid wil uitgeven uiteindelijk ook gefinancierd moet worden. En er liggen al heel wat facturen te wachten:
Het begrotingstekort: 23 miljard
Na deze crisis (in 2022) zal het begrotingstekort volgens de jongste ramingen uitkomen op 4,7 procent van het bbp, of 23 miljard in euro’s van vandaag. Dat is een te groot tekort om op langere termijn houdbaar te zijn, en we zullen dat terug binnen de perken moeten brengen.
De vergrijzingsfactuur: 17,7 miljard
De veroudering van de bevolking zorgt de komende decennia voor extra uitgaven voor pensioenen en voor zorg. Tussen 2022 en 2050 zullen de jaarlijkse sociale overheidsuitgaven met 17,7 miljard in euro’s van vandaag toenemen. En dat is een optimistisch scenario. Als de productiviteitsgroei de komende decennia tegenvalt, kan de factuur ook oplopen tot het dubbele.
De investeringsfactuur: 6,2 miljard
Onze overheden investeren al decennialang te weinig. Verschillende beleidsmakers hebben al aangegeven dat de overheidsinvesteringen op termijn structureel opgetrokken moeten worden tot 4 procent van het bbp. Dat impliceert extra jaarlijkse investeringen van 6,2 miljard in euro’s vandaag.
De klimaatfactuur: ???
Dat er de komende decennia inspanningen nodig zullen zijn om de klimaatuitdaging op te vangen, zal ondertussen wel voor iedereen duidelijk zijn. Het is een illusie om te denken dat die inspanningen niets zullen kosten. De factuur daarvan valt voorlopig niet te becijferen, maar die zal er zeker zijn en op z’n minst een deel daarvan zal voor de overheid zijn.
Zelfs zonder de klimaatfactuur loopt dit lijstje al op tot bijna 10 procent van het bbp, of zo’n 47 miljard in euro’s van vandaag. Dit is trouwens ook geen exhaustieve lijst. Als we bijvoorbeeld op termijn de 2 procent bbp-doelstelling van de NAVO voor defensieuitgaven zouden willen halen, betekent dat nog eens 6 miljard per jaar extra. Hoe dan ook, er liggen heel wat facturen te wachten voor de komende jaren. Het gaat zeker niet enkel om pensioenen.
In sommige hoeken wordt voor al die uitgaven steevast gekeken naar extra belastinginkomsten. Zo lanceerde het ACV begin deze week het idee voor een verhoging van de belastingen op arbeid met 16 miljard door het inperken van allerlei uitzonderingsmogelijkheden. Als we evenwel al die facturen willen opvangen met extra belastingen, dan moet de totale belastingdruk in ons land spectaculair stijgen tot veruit de hoogste van Europa. Dat zou onze economie onvermijdelijk belangrijke schade toebrengen.
In andere hoeken wordt dan weer telkens verwezen naar de werkzaamheidsgraad van 80 procent. Dat zou al onze budgettaire problemen op een bijna magische manier doen verdwijnen. Daarbij wordt nogal eens vergeten te vermelden dat we met de huidige beleidskeuzes geen enkele kans maken om die 80 procent-doelstelling binnen een redelijke termijn te halen. Meer mensen aan het werk is inderdaad noodzakelijk om onze welvaartsstaat overeind te houden, maar zal op zich niet voldoende zijn. Daarnaast zullen we ook inspanningen moeten doen om de uitgaven onder controle te houden.
Ja, pensioenen zijn belangrijk en onze overheden zullen het wettelijk pensioenstelsel hoe dan ook overeind houden. Maar de komende jaren zullen we allerlei overheidsuitgaven binnen de perken moeten houden om de facturen die op ons af komen op te vangen. En die oefening moet ook gebeuren voor de pensioenen. Een pensioenhervorming die niets doet om de betaalbaarheid op langere termijn te versterken heeft geen enkele zin. Meer nog, het is weinig meer dan gevaarlijk politiek toneel.
De auteur Bart Van Craeynest is hoofdeconoom bij Voka en auteur van het boek Terug naar de feiten