De essentie: Eeckhout meende maandag in een draadje op Twitter dat de manier waarop die gemeten wordt, verhult dat de hoge inflatie al grotendeels achter de rug is.

• “Een deel van de hoge inflatieperceptie van vandaag is de manier waarop wordt gemeten: de onmiddellijke inflatie in december (in de VS, red.) bedraagt 2 procent in plaats van de conventionele maatstaf van 6,5 procent”, laat de econoom weten.
• Om te verklaren waarom de conventionele inflatie nog altijd zo hoog is, kaart Eeckhout twee zaken aan.
  • Eerst en vooral is er de magnitude. “De prijsverandering van maand tot maand is veel kleiner dan van jaar tot jaar. Omdat we gewend zijn te spreken over jaarkoersen, zetten we maandkoersen om in jaarkoersen. Bijvoorbeeld, een maandelijkse prijsverandering van 1 procent is 12,7 procent op jaarbasis.”
  • Daarnaast is er het middelen. Om de inflatie te berekenen, laat Eeckhout weten, worden de observaties van alle twaalf maanden gebruikt om het foutenpercentage te minimaliseren. 
  • “Het middelen is prima wanneer de inflatie stabiel is en er geen scherpe toename of afname is. Maar dat is niet het verhaal van de afgelopen twee jaar. Het jaargemiddelde legt evenveel gewicht in de schaal bij maandelijkse waarnemingen van 12 maanden geleden als bij die van vorige maand. Dus krijgen we de gemiddelde inflatie van 6 maanden geleden.”

Andere manier om inflatie te berekenen

Opvallend: Eeckhout beweert dat, indien met de twee factoren hierboven rekening wordt gehouden, de inflatie in de VS bijvoorbeeld nog maar 2 procent bedraagt, in plaats van 6,5 procent, het huidige inflatiecijfer volgens de Amerikaanse overheid.

• “Dus waarom niet meerdere maandelijkse inflatiemetingen gebruiken, maar meer gewicht toekennen aan recente waarnemingen en minder aan het verre verleden?”, vraagt de econoom zich openlijk af. 
• Als de data op die manier worden bekeken, lijkt de hoge inflatie al grotendeels achter de rug, zegt hij. Een kanttekening: in de eurozone zou de inflatie nog altijd hoger liggen dan het doel van 2 procent, maar een stuk lager dan het officiële cijfer van meer dan 9 procent.
• De econoom waarschuwt dat centrale banken, die het geldbeleid in 2022 serieus verstrakten, mogelijk “reageren op oud nieuws” en dus achter de feiten aanhollen.