In de OESO-landen is een reeks ontwikkelingen ingezet die door Karl Marx werden voorspeld. Dat staat te lezen in een nota van Patrick Artus, de chef economie bij de Franse investeringsbank Natixis.
Artus is niet de eerste de beste chavist of castrist. Hij is gastdocent aan de Sorbonne en zit in de raad van bestuur van Total. Hij is ook lid van de Cercle des économistes en de Franse Commission économique de la Nation. Artus is gespecialiseerd in de beursstrategieën van bedrijven en wordt beschouwd als een van de Franse experts inzake monetaire politiek en internationale economie. Zijn opinies worden regelmatig door de belangrijkste Franse zakenkranten gepubliceerd.
Artus staaft zijn stelling aan de hand van 3 factoren:
1. Er kan een daling van de efficiëntie worden vastgesteld
Dat betekent met andere woorden dat de investeringen die bedrijven doen steeds minder opbrengen en er niet in slagen de productiviteit verder op te voeren. Op beide onderstaande grafieken is te zien dat de investeringen die na 2010 werden gedaan steeds minder ROI (return on investment) genereren.
2. De lonen dalen
De bedrijven reageren hier op door de lonen naar beneden toe aan te passen, waarbij winst belangrijker wordt dan inkomensdistributie. Deze mechaniek wordt aangezwengeld door het verminderende onderhandelingsvermogen van de loontrekkenden en hogere eisen qua flexibiliteit op de arbeidsmarkt.
3. De speculatiefase wordt bereikt
Deze strategie heeft een grens, omdat lonen niet beneden een zekere grens kunnen dalen (minimumloon). Eens die grens wordt bereikt gaan ‘kapitalisten’ speculeren om hun winsten op peil te houden. Dat gebeurt door middel van de terugkoop van eigen aandelen om de koers te doen stijgen (chart 5), speculatie op vastgoed (chart 6) en investeringen in riskante activa, zeldzame grondstoffen, onbewezen technologieën, bitcoin, etc…)
Conclusie
“We vinden in de recente ontwikkelingen dus de dynamiek van het kapitalisme terug zoals die door Karl Marx werden beschreven: bedrijven worden minder efficiënt, wat de ROI doet dalen. Die bedrijven proberen hun winsten dan op niveau te houden door de lonen te laten dalen, met de loontrekkende als benadeelde. Wanneer deze scheeftrekking haar grens bereikt gaan bedrijven speculeren om hun ROI op niveau te houden. Deze dynamiek leidt tot steeds meer inkomensongelijkheid, waarna nieuwe financiële crises onvermijdelijk worden (en volgens Marx… de revolutie nakend is).”