Autofabrikant Volkswagen krijgt van de Duitse overheid geen garanties voor nieuwe investeringen in China. De weigering is ingegeven door bezorgdheid van de Duitse regering over de schendingen van de mensenrechten in de Chinese regio Xinjiang. Dat heeft het Duitse weekblad Der Spiegel gemeld.
Het Duitse ministerie van Economische Zaken bevestigde vier aanvragen van een bedrijf te hebben afgewezen vanwege problemen rond mensenrechten in de regio Xinjiang. De naam van de betrokken onderneming werd niet meegedeeld. Der Spiegel gaf echter aan dat de weigeringen op een verzoek van autobouwer Volkswagen betrekking hadden.
Oeigoeren
“De situatie van de mensenrechten in Xinjiang is de voorbije jaren gevoelig verslechterd”, betoogde een woordvoerder van het Duitse ministerie van Economische Zaken. “Er is sprake van dwangarbeid en een massale internering van Oeigoeren.”
“De Duitse regering heeft daarom besloten voortaan geen garanties meer te verstrekken voor Chinese projecten die in Xinjiang zijn gesitueerd of die banden vertonen met entiteiten die in dat gebied operationeel zijn.”
Volkswagen heeft activiteiten in een fabriek in Urumqi in de regio Xinjiang. Dat gebeurt in een joint venture met de Chinese autofabrikant Saic Motor. Volgens westerse regeringen en rechtenorganisatie worden in Xinjiang etnische Oeigoeren gemarteld en opgesloten.
China heeft echter herhaaldelijk elke vorm van mishandeling van Oeigoeren ontkend. Vermeende detentiekampen worden door de Chinese autoriteiten omschreven als instellingen voor beroepsopleiding, waar burgers zich vrijwillig kunnen aanmelden om over de wetgeving en de Chinese taal onderwezen te worden en waar beroepsvaardigheden kunnen worden opgedaan.
Gedragscode
Een woordvoerder van Volkswagen bevestigde dat het bedrijf aanvragen voor investeringsgaranties in China had ingediend, maar gaf ook aan nog geen officiële reactie van het ministerie te hebben ontvangen.
De Duitse autobouwer benadrukte dat de aanvragen geen betrekking hadden op directe investeringen in de fabriek Urumqi of elders in de regio Xinjiang. Wel werd niet uitgesloten dat producten die elders in China vervaardigd zouden zijn, in de gecontesteerde regio terecht zouden kunnen komen.
Duitsland herbekijkt zijn economische banden met China. Dat heeft Robert Habeck, Duits minister van Economische Zaken, recent nog benadrukt. Daarbij zal volgens Habeck een grotere nadruk op mensenrechten worden gelegd.
Volkswagen beklemtoonde de richtlijnen van de Verenigde Naties over handel en mensenrechten te volgen. Respect voor mensenrechten vormen volgens de autobouwer een integraal onderdeel van de gedragscode van het bedrijf.
Volkswagen laat ook verstaan met een afwijzing van de aanvraag rekening te hebben gehouden nadat bij de jongste Duitse federale verkiezingen een andere regeringscoalitie was gevormd.