Dit zijn de landen waar minst wordt gewerkt en we staan in de top 3

In de Verenigde Staten worden op één jaar tijd nog altijd beduidend meer werkuren gepresteerd dan in Europa. Dat is de conclusie van een onderzoek van wetenschappers aan het Institute for the Study of Labor in Bonn.

De Duitse onderzoekers kwamen tot de vaststelling dat Amerikaanse werknemers gemiddeld 1.353 uren arbeid per jaar presteren.
Dat is 19 procent meer dan hun gemiddelde Europese collega.
De Zwitserse arbeidsmarkt kan met 1.310 werkuren nog enigszins met de Verenigde Staten worden vergeleken, maar met de andere Europese landen moet een aanzienlijke kloof worden vastgesteld.

Fantoom-werknemers

Italië kent met 960 werkuren per jaar de laagste activiteitsgraad van de achttien onderzochte Europese landen. Frankrijk staat op een voorlaatste plaats met 1007 werkuren, op zijn beurt voorafgegaan door België met 1.011 werkuren. Ook in Polen, Duitsland, Hongarije, Nederland en Spanje worden minder dan elfhonderd uren per jaar arbeid verricht.
Na Zwitserland is Tsjechië met 1.219 werkuren het meest vlijtige land van Europa, gevolgd door Portugal (1.191), Denemarken (1.182), Oostenrijk (1.177), Griekenland (1.161), Ierland (1.149), Groot-Brittannië (1.143), Zweden (1.141) en Noorwegen (1.116).
Gemiddeld werkt een Europese arbeidskracht per week ongeveer één uur minder dan zijn Amerikaanse collega. Het verschil kan volgens de onderzoekers vooral worden verklaard door de langere vakantieperiode waarop de Europese werknemer kan rekenen.
Anderzijds wordt opgemerkt dat Amerikaanse arbeidskrachten niet alleen meer uren presteren, maar ook sneller geneigd zijn om ook tijdens weekends of laat in de avond te werken.
De onderzoekers wijzen daarnaast ook op het fenomeen van de fantoom-werknemers. Daarbij wordt onder meer gewezen naar een Spaanse ambtenaar, die op het einde van het voorbije decennium een beloning voor een lang dienstverband kreeg, terwijl hij al zes jaar niet meer op kantoor was geweest.
Ook in Frankrijk moest worden vastgesteld dat een ambtenaar gedurende tien jaar een maandloon van bijna 4.000 euro had ontvangen zonder ook maar één dag daadwerkelijk arbeid te hebben verricht. (mah)