In maart is het kortstondige ziekteverzuim flink gestegen, zo blijkt uit een analyse van hr-dienstenbedrijf Acerta. Het ziekteverzuim van dertig dagen of minder lag in maart op 5,8 procent van de arbeidstijd.
Dat is 40 procent meer dan in februari en zelfs 70 procent meer dan in maart vorig jaar. ‘De impact van het coronavirus op de cijfers rond ziekteverzuim is dit jaar des te duidelijker omdat de voorbije jaren in maart telkens een lichte terugval opgetekend werd in vergelijking met de maand februari’, stelt Acerta, op basis van de gegevens van zo’n 32.000 werkgevers uit de privésector.
De meeste korte afwezigheden werden opgetekend in grote ondernemingen (8 procent) en bij arbeiders (6 procent). Ook in de zorgsector meldden zich opvallend veel mensen ziek: 10 procent van de arbeidsdagen werd er niet gepresteerd. Vooral bij de gezins- en bejaardenhulp (15,8 procent) en de thuisverpleging (8,1 procent) piekte het ziekteverzuim.
Griepepidemie
‘Het is duidelijk dat corona een invloed heeft op de cijfers van kortstondig ziekteverzuim. Werknemers met ziektesymptomen van Covid-19 bleven uiteraard meteen thuis, om verdere verspreiding tegen te gaan. Maar ook werknemers met andere ziektesymptomen bleven wellicht sneller thuis’, luidt het bij Acerta. ‘De tijd dat het van loyauteit getuigde om, ziek of niet ziek, hoe dan ook op het werk te verschijnen, is voorbij. Voorkomen dat collega’s ziek worden, wordt minstens even belangrijk.’
In vergelijking met maart vorig jaar lag het korte ziekteverzuim 70 procent hoger. Tegenover maart 2018 bleef de toename beperkt tot 32 procent, maar dat jaar was er een uitzonderlijk zware griepepidemie in ons land. Acerta verwacht dat de piek in maart werd bereikt, en dat het ziekteverzuim de volgende weken en maanden weer zal dalen. Op voorwaarde dat er geen tweede besmettingsgolf van het coronavirus komt.