Chinese auto’s blijven goedkoop, maar ze zijn niet meer lelijk

Chinese auto’s droegen lang de faam goedkoop, maar ook lelijk te zijn. Die omschrijving komt echter vaak niet meer met de realiteit overeen. Chinese autobouwers slagen er immers in talentvolle en leidende designers weg te halen bij westerse rivalen. De ontwerpers worden verleid met absolute topsalarissen en de kans om hun stempel op een hele generatie voertuigen te drukken. Dat zegt Trefor Moss, correspondent van de Amerikaanse zakenkrant Wall Street Journal. In China zijn onder meer al voormalige ontwerpers van Rolls-Royce, Audi, Volvo, BMW en andere prestigieuze merken actief.

“De Chinese autoconstructeurs hebben zich lang nagenoeg hoofdzakelijk op hun binnenlandse markt geconcentreerd,” zegt Moss. “Er was immers een gigantische vraag. De export daarentegen bleef bijzonder beperkt. Nu China echter tegenover een stagnerende binnenlandse automarkt staat, wint de wereldwijde concurrentie aan belang.”

Kwaliteit

“De voorbije periode heeft de concurrentie bovendien tot een verbeterde kwaliteit geleid,” benadrukt Moss. “Recente tests wijzen erop dat de verschillen in kwaliteit tussen Chinese en buitenlandse wagens nagenoeg zijn verdwenen. Nu krijgt ook de esthetiek van de wagens een grotere aandacht.”

“Er zijn nu meer auto-ontwerpers in Shanghai dan in welke andere stad ter wereld, Detroit en Los Angeles inbegrepen,” bevestigt David Hilton, een voormalig ontwerper van Bentley die nu voor GAC Motor werkt. “Alle Chinese constructeurs werven volop design-specialisten aan.”

De komst van Hilton naar GAC Motor vormde onderdeel van een brede verhuis van westerse ontwerpers naar Chinese automerken. Chery Automobile haalde Kevin Rice weg bij Mazda, terwijl Great Wall Motor erin lukte Phil Simmons bij Land Rover los te werken. FAW Group rekruteerde Giles Taylor van Rolls-Royce.

“Chinese autofabrikanten die eerder al buitenlandse designers aantrokken, plukken daarvan nu de vruchten,” zegt Trefor Moss. “Sinds Zhejiang Geely zeven jaar geleden Peter Horbury – vroeger bij Volvo en Ford – aantrok, kende het merk een sterke omzetgroei. De komst van Wolfgang Egger, vroeger bij Audi en Alfa Romeo, twee jaar geleden naar Byd, leverde vergelijkbare resultaten op.”

Volgens Yan Bowen, expert bij de gespecialiseerde nieuwssite Pacific Auto Net, is het inhuren van een buitenlandse ontwerper nagenoeg een verplichting geworden voor elke Chinese automaker die op de markt wil kunnen concurreren.

Buitenland

De intrede van de buitenlandse designers kan ook de goedkeuring van vele Chinese consumenten wegdragen. “In het verleden zagen de binnenlandse auto’s er allemaal hetzelfde uit,” benadrukken een aantal Chinese autokopers. “De ontwerpen van de Chinese merken leken allemaal kopieën van elkaar.”

Tot voor kort schrokken de Chinese constructeurs er tevens niet voor terug om buitenlandse concepten schaamteloos te dupliceren. “Nu worden een eigen verhaal en identiteit echter belangrijk,” zegt David Hilton. Sommige ontwerpers geven hun auto’s inmiddels Chinese designs. Het land vormt ook zijn binnenlandse ontwerpers, die vaak snel in de hiërarchie opklimmen.

Veel Chinese autofabrikanten investeren zwaar in nieuwe designstudio’s op buitenlandse locaties. Uiteindelijk willen veel Chinese constructeurs ook in de Verenigde Staten of Europa een sterke concurrentie voor de westerse merken uitbouwen. GAC Motors en Lynk hebben daarvoor al een aantal concrete plannen.

“Een buitenlandse hoofdontwerper op de loonlijst is echter geen garantie op succes,” waarschuwt Hilton. “Sommige Chinese autofabrikanten gebruiken deze buitenlandse namen louter om credibiliteit te verwerven, zonder de designer veel mogelijkheden te bieden. Maar een aantal merken zal er zeker in lukken om nieuwe opwindende identiteiten te creëren en toonaangevende auto’s te produceren.”

“China kan een echte grootmacht worden op de internationale automarkt,” besluit hij.

Meer